kilometerstanden

donderdag 28 mei 2015

Verre rit en toch meerijden...

Sommigen maken er niks van, maar ik vind het bizar om pakweg 100 km of meer met de auto af te leggen, de fiets erin, erop of erachter, om dan een een rit van 50 km mee te rijden en vervolgens weer 100 km in de auto door te brengen.
Praktisch is het ook niet haalbaar, want ik heb al een hele poos geen auto meer. Even een auto gebruiken kan wel, maar het blijft wringen, dus dat doe ik niet. Uit principe.

De keerzijde is natuurlijk dat er soms leuke ritten aan me voorbij gaan, omdat het onbegonnen werk is om aan het startpunt te raken.

Zo plannen enkele medeliggers uit het verre West-Vlaanderen, tegen de Franse grens aan, een rit langs het front van de 1ste wereldoorlog. Ze volgen de "Lichtfrontroute": een route langs het front van eind 1914.
Dat lijkt me wel wat: dat front spreekt tot de verbeelding, de familieroots liggen in West-Vlaanderen (en eigenlijk zelfs in Frans-Vlaanderen, maar dat is van veel langer geleden, zoals in: enkele eeuwen geleden) en de streek is een bezoek waard. Alleen: ook nu ligt het startpunt op bijna 100 km van huis en het eindpunt nog een eind verder. Da's niet haalbaar.

Maar: datzelfde weekend en startend op donderdag vindt ook het jaarlijkse "Oostende voor anker" plaats. Op die dagen komen grote en kleine oude stoom- en zeilschepen samen in Oostende. Da's ook een verplaatsing waard, voor wie van oude schepen houdt.

En zo puzzel ik een rit samen:

- op donderdag (vandaag dus) naar Oostende rijden, met een ommetje om een eindje kust mee te pikken.

- Vrijdag wordt dan een dag bootjes kijken in de haven van Oostende.

- Op zaterdag dwars ik West-Vlaanderen: van Oostende, over Westende, langs Diksmuide naar Heuvelland (dat zijn naam niet gestolen heeft). Als het even kan, wil ik de Kemmelberg bedwingen met de Orca.


Dat wordt wellicht de allereerste Orca die dat doet.

- Zondag volgt dan de Frontroute met de Gentse Liggers.



- Maandag rij ik van Oostduinkerke (Belgische kust, tegen de Franse grens aan) naar huis terug.


(en dinsdag ben ik weer op het werk)

Deze keer wordt niet gekampeerd. Omdat er veel familie in de streek woont, kan ik telkens ergens overnachten. Enkel in Heuvelland kan dat niet en daar is dan maar een B&B geboekt, die me aanbevolen werd door medeblogger Ronny.

woensdag 27 mei 2015

De wondere wereld van de gps

Meestal doet de Garmin Oregon 450 dienst als veredelde fietscomputer en ondertussen houdt hij de tracks bij. Af en toe gebruik ik hem effectief als gps, om me de weg te wijzen.

Maandag was een feestdag en we hadden met enkele vrienden afgesproken om een dagje te gaan zeilen op het Veerse Meer. Leuk en zeker voor herhaling vatbaar. Puur om te zien wat we deden, had ik ook de Oregon mee. Data, weet je. Tracks bijhouden...

Dat betekent dat die dinsdagmorgen, voor de werkrit aangevat werd, gereset diende te worden.
En dan komen de wonderen eraan. Net om de hoek lees ik een onwaarschijnlijk bewogen gemiddelde van ruim boven 800 km/u! De topsnelheid, volgens de trackdata, bedroeg op een gegeven moment ruim boven 1500 km/u. De topsnelheid op het scherm toonde een bescheidener waarde, zo ergens boven 50 km/u.
Soms duw ik wat harder op de pedalen, maar dit is toch onwaarschijnlijk.

De nieuwe Orca
En eens aangekomen, blijkt dat ik op nog geen uurtje tijd bijna 70 km afgelegd heb...
Dat gemiddelde is vandaag gezakt naar een bescheiden 58 km/u, maar er zijn nog steeds pakweg 40 km meer geregistreerd dan ik echt gereden heb.

Af en toe doet die Oregon toch rare dingen...

Nu zijn de tracks ingeladen voor de komende dagen, waarover morgen meer.

zondag 24 mei 2015

Variatie als motivatie

Ik werk 4/5, al jaren lang. Op mijn leeftijd (54) noemt men dat in België een "landingsbaan". Dat houdt ook in dat ik 4 dagen per week met de fiets de 23 km woon-werk-afstand afleg. Elke keer weer.

Daarbij komt het toevallig zo uit dat er een echt aangename en veilige route beschikbaar is voor een heel groot deel van mijn traject, namelijk 12 km langs een jaagpad. Het blijft echter zo dat dit inhoudt dat pakweg 16 dagen per maand hetzelfde traject afgelegd wordt. Heen en terug wordt dat 32 keer per maand langs dezelfde route rijden.

Er is de wisseling van de seizoenen, het altijd variërende weer, de onverwachte hindernissen (wegenwerken, omgewaaide bomen, ...) en zo zijn er nog ontelbare kleine variaties. Maar toch...

Om het voor mezelf boeiend te houden en dus motiverend om die tocht elke keer weer aan te vatten, moet ik voor variatie zorgen. Dat kan door af en toe een andere weg te nemen. Zeg maar: linksaf aan de stadsgrens - dus langs de stadsrand - of rechtsaf en dan eerder door het centrum. Dat kan door hier en daar met mezelf in competitie te gaan: hoe snel zou het kunnen, hoe hoog kan ik het gemiddelde krijgen, ... Zo'n zaken.

Het kan ook door af en toe eens van fiets te wisselen, indien het weer dat toelaat.


Donderdag was een vrij mooie, zij het frisse, dag. Bij het opstaan was de hemel al stralend blauw. De vroege zon (6u30) gaf alles een mooie kleur en er was weinig wind. Weer voor de Seiran dus. Die laat me ook toe om het jaagpad op de rechteroever te volgen, dat te smal en te slecht is voor velomobielen. Meteen verandert het perspectief. Meteen kruis je andere fietsers.


Meer is niet nodig om er weer van te kunnen genieten. Hoe degelijk een Orca ook afgewerkt is, het blijft een velomobiel en dus vrij luidruchtig. Op de Seiran (of voordien op de Kobra) rij ik veel stiller en dus zijn er meer omgevingsgeluiden te horen: merels en lijsters die een lentelied fluiten, een koekoek ergens in een boom, kikkers in een poel, ... Dat hoor je niet vanuit de velomobiel.

Daar moet ik dan wel bij aanvaarden dat het minder snel gaat en dat de rit dus langer duurt.

vrijdag 22 mei 2015

Minivizier voor de Orca: de handleiding

Versie 2.0 van het minivizier valt heel erg mee.


Het ontwerp past, naar mijn mening, bij de strakke lijnen van de Orca.
Belangrijker nog: het doe wat het moet.

Net zoals versie 1 leidt het de luchtstroom over mijn hoofd, waardoor het veel stiller rijden wordt en waardoor ook irritante vliegjes en stofjes over mijn hoofd geleid worden.
Maar - heel belangrijk - versie 2 houdt ook de regen buiten. Dat wil zeggen: waar het water bij het eerste ontwerp tussen de kap en het vizier naar binnen druppelde, kan dat nu niet meer.
En tenslotte is de bevestiging met zuignappen helemaal zoals het hoort. Het houdt - wat moet - en het laat geen sporen na op de kap.

Dus is versie 2.0 voor mij goedgekeurd.

Voor wie voor zijn Orca ook zo'n ruitje wil, volgt hieronder een handleiding.

Het nodige materiaal:
  • een stuk polycarbonaat van 300 x 100 mm, 1 mm dik
  • drie zuignappen
In mijn geval was het vizier voorgesneden (stockrest van het vizier dat bij WAW 3 gebruikt werd. De vorm heb ik ingescand.


Grootste lengte: 286 mm
Grootste breedtez: 75 mm

De zuignappen zijn dezelfde die Flevobike gebruikt bij de schuimkap voor de Orca. Ze zien er zo uit.


Het enige wat nog moest gebeuren, was het ombuigen van de lippen voor het vizier. Dat deed ik met een verfstripper met spleetvormige opening. Daarmee wordt het polycarbonaat plaatselijk opgewarmd - handschoenen gebruiken! - tot het flexibel wordt, waarna het in de juiste hoe gebogen wordt.

De gaatjes voor de zuignappen ruimde ik tot ze 4 mm groot waren. Gewoon uitboren met een gepaste boor, meer hoef je niet te doen.

De middelste zuignap positioneer je zowat 5 cm voor de opening in de kap en met de twee buitenste bepaal je de buiging van het vizier.

Het leuke eraan is dat je de grote ventilatieopening in je kap behoudt, met het bijhorende ruime zicht, maar dat je wel de rijwind wegleidt.

maandag 18 mei 2015

CV

Neen, niet "curriculum vitae", maar wel Cycle Vision: de jaarlijkse bedevaart van ligfietsers van alle slag naar Venray in Nederland. Alleen is het nu uitgebreid tot alle soorten fietsen en dat vind ik nog veel beter.

Ik ken het al jaren, maar tot nog toe bleef het bij "ooit bij te wonen". Het is namelijk zo dat CV tot nu altijd samenvalt met examens van de lieverds. Ik ben papa voor alles, dus is het mijn verantwoordelijkheid om ze hierbij mentaal bij te staan, toch?

Nu is dochterlief afgestudeerd (al twee keer eigenlijk: ze heeft twee diploma's) en zoonlief is wellicht oud (en wijs?) genoeg om even alleen te kunnen zijn, dus zit CV er deze keer wel in. Temeer omdat ik een vriendelijke uitnodiging kreeg om over de Orca te vertellen... Twee keer dan nog: "en daarom rijd ik met een Orca"! Daarop kon ik geen neen zeggen.

Daarom rijd ik met een Orca

Er is dus een extra motivatie om daarheen te trekken. Met de Orca, dat spreekt voor zich.

Gent - Venray: 200 km volgens Google Maps. Prima te doen en vooral: de kans is groot dat ik niet de enige zal zijn die vanuit Vlaanderen naar Venray trekt, dus we zullen het wellicht in konvooi doen.

Het wordt meteen met alles erop en eraan: op de biker camping en van vrijdag tot maandag.

Zoals Paul al liet weten: de organisatie ziet het groter dan voorheen en dat kan prima worden. Ligfietsers zijn tenslotte geen select clubje, maar gewoon fietsers, zij het met een iets afwijkende vorm van fiets.

Tot slot nog een vraag aan de medebloggers: indien er interesse voor is, kan de organisatie voorzien in een meeting point, zodat we het urenlang over blogs kunnen hebben. Wie dat (ook) ziet zitten, geeft me maar een seintje.

zondag 17 mei 2015

Minivizier 2.0

Het begon zo: een Orca ziet er veel beter uit zonder velomobieldakje, maar de luchtstroom wordt dan niet meer onderbroken. Een onaangenaam gevolg is dat de rijwind buldert in je oren en op termijn kan zoiets erg schadelijk zijn.

Oordopjes kunnen dit oplossen, maar stofjes en insecten blijven je bekogelen.

Op Quests, Strada's en Mango's wordt een "Botter-schermpje" gebruikt tot grote tevredenheid van de eigenaars. Helaas: door de andere vorm van de kap bij een Versatile/Orca, kan dat niet zomaar overgenomen worden. Het idee wel, maar de vorm niet, want de goten achter de spiegels  en de bulten ervoor verhinderen dat.

Dus maakte ik een eigen interpretatie op basis van een viziertje dat op de WAW 3.0 gebruikt werd onder het cabriodak.




Dit is gemaakt uit vrij dik perspex, dus het moest wat bijgeplooid worden om binnen de opening van de Orca te passen. Zag er geweldig uit en het resultaat was echt spectaculair.


Die versie had echter één belangrijk nadeel: zodra het wat regende, liep het water langs het schermpje naar beneden en druppelde zo op mij. Het was dus voor verbetering vatbaar.

De vereisten, op basis van de ervaringen:
  • moet buiten de opstaande rand komen
  • plaatsen en wegnemen mag geen sporen nalaten

Hier is dus versie 2.0



De basis is eenzelfde vizier, maar het enige wat nu geplooid werd, zijn de lippen voor de zuignappen. Op die manier kan het geheel mooi vlak blijven en da's net zo handig om weg te bergen. Door het gebruik van zuignappen is er geen spoor te zien van de bevestiging als de deflector weggenomen is.
De zuignappen zijn dezelfde als voor de schuimkap van Flevobike.

zaterdag 16 mei 2015

Kettingreactie

of om het met een tv-titel te zeggen: "per seconde wijzer".

Het zit zo: onlangs nam ik dochterlief haar vehikel onder handen. De winterbanden (Conti Winter 2) gingen eraf en de gewone banden kwamen in de plaats. Toen zag ik dat het achterste spatbord gescheurd was, dus werd ook dat vervangen door een gerecupereerd exemplaar in goede staat. Omdat het achterwiel er toch uit moest om de band te wisselen, kwam dat mooi uit.

Terwijl ik toch bezig was, werd de ketting met een zeepsopje en een borstel gereinigd en opnieuw gesmeerd. Al bij al was het een mooie klus, dacht ik...

Een paar dagen later kwamen de klachten: haar pedalen sloegen door en de fiets veranderde spontaan van versnelling. Pedalen die doorslaan als je er kracht op zet, dat kan pijnlijk worden. Letterlijk: schenen die tegen pedalen terechtkomen, bijvoorbeeld. Het duidt ook op een probleem. Alleen: de voorbije week was er geen moment dat we samen thuis waren en als dochterlief weg is, is haar fiets mee. Geen kans om het na te kijken.
Tijdens het weekend kon dat dan wel. Het was snel duidelijk: het middelste kettingblad was op. Als de tanden punten vertonen, die dan nog lichtjes één kant op wijzen - "haaientanden" noemen we dat -, is het de hoogste tijd om te vervangen.

Jan stapte dus op de fiets en reed naar de "LBS" (zijnde "local bike shop" ofte de lokale fietsenhandelaar) om een nieuwe crankset annex kettingbladen.


Het kader is nog origineel, net als het stuur en zadel...
Op zich houdt dat vervangen niet veel in, op voorwaarde dat je over het juiste materiaal beschikt. Wat sleutels en een cranktrekker volstaan hiervoor. De rechtercrank ging eraf en de nieuwe, inclusief kettingbladen, kwam erop.

Het volgende probleem was dat de pedaal muurvast zat op de oude crank. Wat kruipolie en enkele uren wachten loste dit op.

Af en toe blijkt dat vooruitkijken en -denken niet mijn sterkste kant is, want achteraf gezien had ik het kunnen weten: de ketting was ook helemaal versleten. Jan moest dus weer de fiets op om een nieuwe ketting te halen. Een eenvoudige KMC X8 zou volstaan.
De oude ketting ging eraf. Bij een versleten ketting is het de moeite niet om het slotje te zoeken, dus die werd met een kettingpons opengemaakt. De nieuwe werd opgelegd en met de meegeleverde "missing link" gesloten.


Nieuwe crank, nieuwe kettingbladen en ketting
Toen kwam de testrit en het volgende probleem: de fiets gaf een enorme weerstand. Eerst dacht ik dat dit wel goed zou komen met enkele keren trappen, maar dat was niet het geval. Na de opties bekeken te hebben, besloot ik dat de bracketas en de cranks toch niet compatibel waren, hoewel het wel zo leek: de crank schoof te ver over de as - de opening was dus te groot -, waardoor het kleinste kettingblad tegen de achtervork sleept...
Bizar: Taiwanese cranks (Sunracer, onderdeel van het huidige Sturmey Archer) op een Shimano bottom bracket, maar toch was het niet compatibel...


"Made in Taiwan": crankset en bottom bracket
De "bottom bracket" moest er dan ook maar uit. Die was 111 mm breed en werd vervangen door een 122 mm exemplaar, waardoor de cranks weer op hun originele plaats kwamen en de kettinglijn ook weer in orde was.


Oude en nieuwe bottom bracket
Weer werd de fiets getest en toen bleek de derde versnelling door te slaan: dat tandwiel in de cassette zag er ook niet goed uit...


De "oude" cassette, geïnstalleerd in juni 2012
De cassette is een Shimano CS-HG50 8 speed 12-21, met dicht bij elkaar liggende verhoudingen. In de voorraad lag een nog bruikbare CS-HG71 11-32. Daar kan al mee geëxperimenteerd worden. De sprongen zijn heel wat groter, maar het bereik evenzeer.


Alle vervangen onderdelen
We zijn er nog niet en ik heb weer iets bijgeleerd: wachten tot dochterlief zegt dat iets fout zit, is veel te laat.

Nu is het wachten op haar oordeel. Omdat ik haar al haar hele leven ken, weet ik de uitkomst eigenlijk al: ze is nogal behoudsgezind, dus de vroegere cassette zal beter geweest zijn.

Tot slot: wat is in de loop van de jaren vervangen op deze fiets
  • voornaaf (en eerst het hele voorwiel) met naafdynamo (komt van een Oxford Campus)
  • voorvelg (eerst was een oude velg gericht, tot de las loskwam)
  • koplamp: Philips SafeRide LED 60 lux
  • achterlicht: Philips Lumiring (allebei gevoed door de naafdynamo)
  • achterwiel: oude 7-speed body was niet compatibel met actuele cassettes
  • remmen: cantilevers vervangen door V-brakes
  • remhendels
  • cranks, ketting, cassette (normaal onderhoud)
  • achterderailleur
  • verstellers voor en achterderailleur
  • bottom bracket (compatibiliteitsprobleem)
  • achterspatbord (gescheurd)
  • zijsteun
Een fietsenmaker zal waarschijnlijk hier niet aan beginnen: het kost wellicht meer - werkuren en onderdelen - dan een nieuwe fiets.

donderdag 14 mei 2015

Eerste echte onderhoudswerk

De E-Orca heeft er ondertussen 18.000 km op zitten. 18.000 km met af en toe een lekke band, meer niet. Tot een tweetal weken geleden de fiets krakende geluiden maakte, bij elke bocht, bij elk putje of bultje in de weg. Het geluid kwam van rechtsvoor, meer kon ik niet zomaar determineren.

Vanmorgen ging het rechterwiel eraf en met wat duwen en wringen werd de bron gevonden: het voorste kogelkopje, zowat onder de fiets.

Het wiel verwijderd en de spoorstang losgemaakt
Om daarbij te kunnen moet enkel één moer binnenin losgemaakt worden. Met wat siliconenspray werd het inwendige weer gesmeerd.


Nu is het afwachten of dat voldoende is. De kans bestaat dat het gekraak over enkele weken weerkeert en dan zal er niets anders op zitten dan het stuk te vervangen.

Wordt ongetwijfeld vervolgd

dinsdag 12 mei 2015

Stokken in de wielen

Woon-werk fietsen betekent dat je dag in dag uit zowat dezelfde route fietst, twee keer per dag maar liefst. Je kunt wel wat variëren, maar omdat begin- en eindpunt vastliggen, is dat variëren meestal erg beperkt.

Wil je een beetje afwisseling, dan moet je die niet in de routes zoeken, maar eerder in de beleving. Dakje erop, dakje eraf; een keer met de Seiran voor de afwisseling. Zo'n zaken houden me gemotiveerd en alert.
De afwisseling zit ook in de omgeving: de geluiden van de natuur en - vervelender, maar het is zo - die door de mens veroorzaakt. De geuren: idem dito. De kleuren die met de seizoenen mee veranderen. Niks spectaculairs, maar het zorgt er wel voor dat er geen twee ritten gelijk verlopen.

De geur van vers gemaaid gras en bloeiende planten

Drukker op de Schelde dan erlangs
Gisteravond had ik alles mee: een stevige wind van schuin achter, een aangename + 20 ° C, "goede benen" en alles wat erbij hoort. Jan was klaar om het persoonlijke snelheidsrecord scherper te stellen. Langs het jaagpad werd de snelheid langzaam opgevoerd - er is tijd en afstand genoeg - en ik zag de snelheidsmeter alras interessantere waarden aanduiden: van 35 - wat eerder normaal is - ging het naar 40, naar 45 en ik zag het getal 50 al aankomen... Helaas: in de verte ontwaarde ik een brede paardenkont met een ruiter in strak witte polo. Nog meer helaas: paard en ruiter reden in dezelfde richting als de voortrazende Orca.

Elke velonaut weet het: paarden en velomobielen zijn niet compatibel. Zelf heb ik het al meermaals gemerkt: zelfs als het paard op meer dan 100 m stond, zorgde het rare witte ding voor paniek. Op hol slaan, steigeren, de ruiter proberen af te werpen, ... je ziet het allemaal.

De snelheidsmeter duidde dus alweer dalende snelheden aan, tot ik stapvoets achter het beest liep. Even claxonneren deed het paard zenuwachtig heen en weer wippen, maar de ruiter keek niet op of om. Even verder toeterde ik iets langer en de ruiter deed teken: "passeer maar". No way: ik zag het paardenhoofd al voortdurend van links naar rechts zwenken om het rare ding toch maar in het oog te houden en af en toe ging het ruim een meter van de route af. De ruiter dacht dan wel dat hij het dier kon bedwingen, maar ik had er twijfels over. Als het dier ervoor zou kiezen om de dijk af te denderen, was het de ruiter zijn probleem, maar ik wil toch liever geen paard tegen de Orca op zien knallen.

Ik vroeg de ruiter dus om bij de eerste gelegenheid een veldweg in te gaan en even te wachten. Jammer genoeg was die volgende veldweg een heel eind verder, minstens anderhalve kilometer. Daar kon ik voorzichtig voorbij, waarna het tempo eindelijk weer naar normale waarden kon.

De recordpoging zal voor een andere keer zijn.

zaterdag 9 mei 2015

Ligfietstreffen 2015

Het is alweer voorbij: van vrijdag 1 tot zondag 3 mei was er weer het jaarlijkse treffen van de Gentse Liggers, deze keer met een select groepje van ongeveer 30 personen.

Vrijdag 1 mei

Paul en ik hadden afgesproken om samen naar het treffen te rijden. Die aanloop op zich is al een mooi ritje.
op het veer in Schellebelle
Ergens langs de Dender
Ons eerste doel lag in Affligem, waar een wedstrijd van HPV Belgium verreden werd. 

Maar onderweg, zo ergens rond Wichelen, had ik prijs. De Orca vond dat het te lang geleden was dat er nog eens een band ontplofte. Met een luide knal spatte de binnenband uit elkaar. 
De vermoedelijke reden: een Orca volgeladen met kampeerspullen voor het weekend en waarschijnlijk een putje teveel in een iets te snel genomen bocht. Jan vertraagt niet graag en zoekt dus de limieten op bij het bochtenwerk.

Archiefbeeld (juli 2014)
Erg is het niet: even de fiets optillen, binnenband wisselen en je kunt weer verder.

Toen we in Affligem aankwamen, was de race net afgelopen.

foto: Luc Willaert
Ik had wel de kans om even met de E-Orca het circuit op te rijden, volledig beladen, om te proeven van zo'n piste met steil hellende bochten. Ik hoorde de heren racers praten over gemiddelden van 55 km/u (over een uur gemeten), maar de Orca hield het voor bekeken bij 46 (ik kreeg het er flink warm van en enkele rondjes was ruim voldoende). Ondanks de helling kreeg hij de neiging om naar buiten te lopen. Dat zal wel te maken hebben met het feit dat er ettelijke kilo's bagage in zaten en uiteindelijk is een Orca een comfortabele toermachine, geen racer.
Respect voor de wedstrijdrijders! Met een gemiddelde van 55 km/u over een slechts 250m lange piste razen, dat moet je maar doen.

Van daaruit moesten we nog zeven kilometer door een glooiend landschap om naar het treffen te rijden. Opvallend deze keer was dat zowat de helft van de deelnemers er met de velomobiel was. Bij mij was die beslissing genomen om twee redenen:
  • er werd regen verwacht. Als je dan de keuze hebt, kies je voor het droogste.
  • de Seiran is nog niet geschikt als reisfiets, want er kan niet voldoende bagage mee.
Algauw was de perfecte kampeerplek gekozen: op een betonnen plaat, mooi vlak op een voor de rest glooiend terrein. Daarna rezen her en der tentjes en tenten op, waartussen kinderen laveerden op KMX-trikes en al voetballend. Voor de rest was het een avondje praten, eten en drinken. Belgen blijven bourgondiërs.




Zaterdag 2 mei

De volgende ochtend bleek dat de materiaalkeuze voor het slapen prima was, want kou had ik niet geleden. Ook de anderen hoorde ik daar niet van klagen. Wel van bepaalde geluiden, die klonken als iemand die bomen om zaagde. Oordopjes helpen.

Wouter had de ritten uitgestippeld. Voor zaterdag waren een korte en een lange rit gemaakt, zodat elk kon kiezen wat hij of zij schatte aan te kunnen. Mooi was het zeker en afwisselend ook.
Hetzelfde kon gezegd worden van de ligfietsen: lage racers, hoge racers (Seiran SL met 2x 26" wielen en racebandjes), trikes, hondenkarren, roeifietsen, velomobielen, ... alles was vertegenwoordigd.

Luc nam de hond mee achter de roeifiets
Klaar voor het vertrek
Laatste kusje voor papa (die rijdt met de ex-Quest van Ymte)
Het hoeft geen betoog dat zo'n défilé veel bekijks heeft. Je kunt je voorstellen hoe een buitenaards wezen aangestaard zou worden op onze planeet.


Prachtige WAW 4.0 met racestaart
Maar helaas: ook zaterdag, terwijl de hele groep samen reed, besloot de Orca om nog maar eens te demonstreren hoe luid een exploderende band klinkt. Het wordt stilaan kostelijk zo: binnenbandjes aan 5 à 7 euro per stuk, die telkens goed zijn voor het afval... Het collectieve vermoeden is dat het beter is om met draadbanden te werken op de Flevobike velgen, omdat vouwbanden te makkelijk opgelegd worden en dus even makkelijk van de velg raken.

Foto: Lucien Poppe
Paul had er geen last van: hij rijdt met Marathon banden, ik met Trykers.
Gelukkig was het daarna afgelopen met de pech. Voor de rest hebben we geen lekke banden of andere defecten meer gehad, op wat kleine zaken na: op een eindeloze kasseistrook rammelden alle wieldoeken van één van de Quests los en de achteras (snelspanner) van een nog niet ingereden WAW kwam ook los.

De rit was mooi opgemaakt, met veel variatie: kleine landelijke wegen, af en toe een flinke kasseistrook om niet te vergeten dat we in Vlaanderen fietsten, en een eind van pakweg 10 km langs een kanaal.



Het fietspad op dat eind was venijnig: af en toe zaten er asverschuivingen in, terwijl de auto's mooi rechtdoor mochten rijden. Je zou denken: rij dan op de rijweg, maar die was in betonklinkers uitgevoerd, die ver van vlak lagen.
Op een van de eerste van die "chicanes" lag er dan nog grint in het midden. De Orca vond dit duidelijk niet leuk (en ik reed eigenlijk veel te snel): met flink wat moeite en vermoedelijk ook wat geluk kon ik hem op het juiste spoor houden.
Langs dat kanaal was de afspraak dat elk op eigen tempo reed, tot aan een afgesproken eindpunt (de tweede brug, die eigenlijk de derde bleek te zijn). Daar werd duidelijk dat ligfietsen geen partij zijn voor velomobielen, ook niet voor "trage" Orca's.
Nadien ging het in groep verder.


Quest vs WAW 4.0
Middagpauze in Asse (snelle groep)
Na de rit werd gezellig samengezeten voor aperitief (de Karmeliet was erg populair dit jaar) en bbq.

Zondag 3 mei

Zondagochtend werden ieders kampeerspullen opgeborgen, fietsen in aanhangwagens en auto's geladen, kinderen verzameld... en nadat ons weekendverblijfje grondig gepoetst was, splitste de groep zich. De gezinnen gingen weer huiswaarts, diegenen die van ver kwamen met de fiets startten de rit terug en de resterende ligfietsers begonnen aan een korte toer in een andere richting.

De selecte groep zondagsrijders

Alweer liet de streek rond Aalst zich van zijn mooiste kant zien, maar helaas was het mooie weer wel over: we vertrokken met gestaag gemiezer, dat de rest van de rit aanhield.

Het contingent dat Gentwaarts moest - zes van de tien in de groep - had vooraf besloten om na de middagpauze af te haken en de rit terug aan te vatten. Als je halfweg bent, is het maar al te gek om nadien nog eens dezelfde route te moeten volgen.

Met drie velomobielen (Strada, WAW 3 en E-Orca) en drie ligfietsen (Nazca Cruiser, Challenge Seiran SL en Toxy Flite) reden we langs quasi verlaten wegen onder een grijze hemel terug.

Eindelijk breekt de zon weer door (Melle)

Op zo'n momenten ben ik blij dat ik over een velomobiel met dakje beschik: het was lekker droog en comfortabel.

Omdat Aalst niet ver van Gent ligt, was het eindtotaal van het weekend niet zo indrukwekkend: er stonden ongeveer 180 km op de teller.

vrijdag 1 mei 2015

Voorbereiden op ligfietstreffen

Elk jaar houden de Gentse Liggers een treffen in het eerste weekend van mei. Als ik kan, neem ik eraan deel. Het is altijd gezellig om oude gekenden weer te zien en samen kilometers af te malen. Op die manier leer je ook elke keer nieuwe stukjes van het eigen land kennen.

Zo'n treffen duurt enkele dagen en je hebt meestal wat mogelijkheden voor de overnachting. Omdat ik graag kampeer, heb ik daar ook deze keer weer voor gekozen.

De weersverwachtingen zijn niet echt denderend, dus is de fietskeuze gauw gemaakt: het wordt de Orca. Voor de Seiran moet ik trouwens nog uitzoeken hoe ik de banaantassen eraan kan hangen. Wellicht zullen tasafhouders nodig zijn. Anders gezegd: er kan op dit moment niet genoeg mee op de Seiran en bij regenweer (voor zondag verwacht) is een velomobiel zonder twijfel aangenamer.

Kamperen betekent natuurlijk dat er extra spullen mee moeten: tent en grondzeil zijn daarbij het belangrijkste. Als je binnen wil overnachten, heb je evengoed een slaapmat en slaapzak nodig, dus dat maakt niet echt het verschil. Of eigenlijk ook wel: aangezien de nachttemperatuur nogal laag is, moet ik bepalen welke slaapzak er meegaat. De ene is een lichte en compacte donsslaapzak (Lafuma Warm 'n Light: 600g), maar die is slechts geschikt tot 5° C.


De andere is een oude slaapzak met kunststofvulling (holle vezel), maar die kan wel tot -10° C. Het gewicht van die laatste is meer dan het viervoud, net als het pakvolume. Als alles in de Orca moet, maakt dat een groot verschil!

30 cm lat erbij als referentie
Neem ik de Lafuma, dan weet ik van de grote trip vorige zomer dat het zeker geen probleem is om alles in de velomobiel te stouwen. Als ik die combineer met een biokatoen slaapzaklaken, geeft dat weer extra isolatie. Het voordeel van zo'n laken (mummiemodel) is dat het echt heel compact is. Het houdt de slaapzak ook netjes en omdat je een donsslaapzak niet graag wast, is dat mooi meegenomen. Thermische onderkleding kan ook helpen en die neemt veel minder plaats in dan die grote slaapzak. Eigenlijk valt daar dus niet over te twijfelen.

De andere zaken die wat volume innemen, zijn onder andere de Vaude Norrsken slaapmat en vooral de Vaude Mark II Light tent.
 
Nog eens als vergelijking: de winterslaapzak (2550g) versus de tent (3kg), slaapmat (600g) en slaapzak (ook 600g).

winterslaapzak versus tent, slaapmat en slaapzak
Handig, zo'n tent: heel compact op te rollen en toch een heel volume eens ze opgesteld is. Strikt genomen kan het natuurlijk nog veel compacter en lichter, maar ik hou wel van wat comfort en ruimte.

Orca, Cyclone en tent ergens langs de Normandische kust (juli 2014)
Verder moet ook de acculader weer een plekje krijgen, net als nog wat kleine zaken en een fleece trui voor 's avonds. Dat lukt allemaal wel zonder dat de Cyclone mee moet, maar ook dat blijft een optie.

Ver moet ik niet, want het treffen vindt plaats bij Aalst, op pakweg 35 km van huis. Ik sprak met Paul af, zodat beide Orca's samen naar daar rijden. De anderen uit regio Gent en verder westwaarts komen later.

Vrijdagnamiddag zullen we eerst even supporteren voor een wedstrijd van HPV Belgium in het nabije Affligem.