zondag 11 juni 2017

Rondje Frankrijk 2017 - chronologisch deel 4: de 'Groene weg'

Zaterdag 27 mei: weg uit Lunéville

Laat ik het maar meteen duidelijk stellen: het afscheid valt me zwaar. Na de hartelijkheid op de Vélorizon wordt ik door de eenzaamheid overvallen. Het is niet slechts het op mezelf terugvallen, maar ook het desolate van de route.
Goed: ik had er ook voor kunnen kiezen om langer in Lunéville te blijven, maar de weg lonkte. Bij het afscheid noemden sommigen me een 'guerrier de route' (road warrior). Mijn idee was eerder: 'ik wil dit doen'.
 
Anderen mogen die 'Groene Weg' schitterend vinden; voor mij is het een route door een door God vergeten deel van Frankrijk.

Dit is zowat het perspectief gedurende de hele route. Soms weiden, soms bossen.
Eindeloze hellingen, desolate bossen en doodse dorpen. Geen bakker, geen terrasje, niets. Enkel een kerkje en wat vervallen boerderijen. Het heeft iets van een apocalyptisch decor, iets voor een 'na de kernramp'-film.


Je moet ruim op tijd uitkijken voor een camping. Wil je wild kamperen, dan moet je er tijdig aan denken om je aankopen te doen. Maar ik moet eerlijk blijven: ook in andere delen van Frankrijk blijkt dit een normale zaak. Landelijke dorpen met pakweg 60 inwoners zijn schering en inslag. Dat vraagt even een mentale omschakeling voor wie vanuit het overbevolkte en dichtbebouwde Vlaanderen komt.

Daarenboven wordt het snikheet: tot 33° C. In juli is dat min of meer normaal, maar voor mei is het uitzonderlijk.

Ook de koeien vinden het veel te warm
Omdat ik de route zuidwaarts rij, heb ik ook de zon vol in het gelaat. Zonnecreme helpt tegen zonnebrand, maar de gps is amper leesbaar (die zit in de velomobiel, remember) en bij het klimmen wordt het loodzwaar. Er is dan geen verkoelende luchtstroom omdat het zo traag gaat. Gelukkig kan bij een Orca de klep open en dat scheelt (maar of het gezond is voor de scharnieren?).
Vaak rij ik op die manier de hellingen op: de snelheid minder dan 10 km/u en de klep open.

Dit is niet tijdens het klimmen, maar zo reed ik geregeld een helling op
Omdat ik pas rond 11u30 aan de 'echte' tocht begin, beslis ik de afstand voor vandaag tot ongeveer 60 km te beperken.Voordien was het de fietsoptocht in Lunéville, waaraan we met de Franse ligfietsers deelnamen.

Mijn lichaam herinnerde me er de eerste dag al aan dat ik voldoende moet drinken. Als je in de loop van de namiddag hoofdpijn krijgt, is dat een duidelijk signaal. Het zal me niet meer overkomen: een Camelbak van 1,5l water, enkele halveliterflessen met water en een bidon met sportdrank om het vochtgehalte op peil te houden. Daarmee moet het wel lukken.

Het is niet allemaal kommer en kwel, hoor. Na elke klim volgt een afdaling. Sommige met een matig hellingspercentage, waarbij je de fiets gewoon laat bollen, kilometers lang; andere zijn veel steiler en dan moet je de trommelremmen in het oog houden. Je wil het niet meemaken dat in zo'n afdaling een remkabel breekt of op een andere manier een rem dienst weigert. Dan valt er niets meer te doen, vermoed ik. De andere rem is binnen de kortste keren oververhit en doet niets meer.
Vertrouwen moet je hebben, vertrouwen in je materiaal en in een degelijke voorbereiding. Maar alles gaat goed. De pechdag is achter de rug.

Als je rondkijkt, kun je ook waardering opbrengen voor de natuur. Mooie vergezichten, talloze buizerds op zoek naar prooi, allerlei bloeiende bloemen en planten. Wat ook opvalt, is dat er toch behoorlijk wat aangereden dieren te vinden zijn. Ze verraden zich vaak door de geur, zeker als het om grotere dieren gaat, zoals een volwassen vos...
Het aantal buizerds valt ook op. Er is bijna geen moment dat ik er geen zie; in de lucht of ergens op de uitkijk.

Kijk, we komen in het departement van de Vogezen.
Rond 17u is het genoeg geweest. Ik roep Archies op en pik er een camping uit. De Oregon 450 kiest ervoor om moeilijk te doen: de 18 km volgens Archies worden er plots 27. Slaafs de gps volgen, is niet mijn ding, dus ik kies een andere weg. Enkele kilometers verder beslist diezelfde Oregon plots dat ik gelijk heb: de 27 km zijn er nu nog 15. Yes!

Het eindpunt blijkt een 'camping à la ferme' te zijn: 'Entre les Sources'. Ik betaal hier 10 euro voor een nacht en dat is zo ongeveer de gemiddelde prijs voor een standplaats, alles inbegrepen.
De eigenares is er niet: ze is naar Nederland voor één of ander feest. Maar dat is geen probleem: de enige andere gast - een Nederlandse motorrijder - legt me alles uit. Er is een douche, een toilet, een afwasplaats en voor de rest stilte, rust...


Het is weer zo'n typisch Frans plattelandsdorp: een kerk met wat boerderijen errond. Verder niets. Geen bar, geen bakker, niets... Ik kook dus mijn eigen potje en heb een erg rustige avond.
Wat hier opvalt, net zoals op veel campings, is de volstrekte rust. In Vlaanderen heeft men de term 'stiltegebieden' moeten uitvinden om de uitzonderlijke plekken aan te wijzen waar je geen geluidsverontreiniging hebt. Hier is dat normaal. 's Nachts hoor ik vogels, insecten en het ruisen van de bladeren. Verder niets. Geen continu geronk van verkeer, geen treinen, enkel de natuur.

Zondag 28 mei: camping gesloten

Na het opstaan blijkt dat ik een stomme beginnersfout gemaakt heb: de tent werd opgezet onder een berk. Dat betekent een plakboel. Berken zijn berucht voor al het ongedierte dat erin huist.

Na 'Entre les Sources' wordt het stilaan routine. Afwisselend weiden, graanakkers en bossen; bergop of bergaf, maar nooit vlak, en slingerend tussen de heuveltoppen door. Bergop zakt de snelheid tot minima rond 7 km/u; bergaf gaat het makkelijk naar 50. Soms eens 55, maar dan rem ik af. 150 kg aan massa stop je niet zomaar even met twee trommelremmen. De Cyclone, die goed gevuld is, laat zich dan ook voelen. Niet veel, maar het is toch anders dan met een onbeladen Orca. In principe zou ik de combinatie kunnen laten lopen en zien wat het wordt, maar je weet nooit wat er kan voorvallen.

Hier loopt de route anders. Een vrij lang stuk gaat door de Saônevallei en geregeld wordt de rivier gevolgd. Dan is er een 'piste cyclable' en is het helemaal autovrij. De keerzijde: functioneel fietsen is een begrip dat nog niet doorgedrongen is tot de Franse overheid. Gravel, twee sporen met gras ertussen, zijn schering en inslag op de 'pistes cyclables' en 'voies vertes'. Soms wordt het zelfs gereduceerd tot één smal paadje, maar dat maakte ik deze keer niet mee.

Fietsroute langs de Saône
Vaak wordt dit ruimschoots goed gemaakt door de vredige rivier naast de route. Geen gekanaliseerde waterwegen, maar bijna stilstaand water dat door de vlakte meandert. Op veel plaatsen zie je bloeiende waterplanten en sporadisch kom je een reisboot tegen.

De Saône
Ergens onderweg daagt het me: de Camelbak ligt nog op een tafel op de laatste camping. Tja, nu is het wel even te laat en te ver om rechtsomkeer te maken. Ik bekijk achteraf wel wat ik ermee doe (een mailtje na thuiskomst bevestigt dit: de Camelbak ligt daar. De uitbaatster is bereid die op te sturen).

Gewoontegetrouw wordt na 80 à 90 km door een leeg land Archies ingeschakeld. Even gewoontegetrouw kies ik een camping die min of meer langs de route ligt in de juiste richting. Maar als ik er aankom, blijkt die pas op 1 juni open te gaan. Met de E in E-Orca heb je dan een probleem, want je kunt de accu('s) niet laden. Geen andere campings in de buurt, maar gelukkig is er wel een terrasje waar ze me een chambre d'hôte - les Tilleuls - aanwijzen. Even de Saône volgen, een brug over en ik zou er zijn.
Dat 'even' blijkt een flink eind op de warmste dag van de maand... Het pad langs een kanaal parallel aan de rivier is onverhard... Maar tegelijk is het wel erg mooi en rustig.


Het dorp waar ik aankom, Ray-sur-Saône, wordt gedomineerd door een recent gerestaureerde burcht.

De prijs van een kamer is hoog in vergelijking met een gewone camping. Doe maar minstens x5. 
De zaak is bijna helemaal volzet. De enige resterende kamer is een familieruimte voor 4. Aangezien die vrij is en ik alleen ben, krijg ik een wel heel fikse korting: halve prijs. Hierdoor is de royale ruimte, met afzonderlijke badkamer en toilet, amper duurder dan een éénpersoonskamer.
Het comfort en het onthaal zijn in overeenstemming met de prijs. Het gezelschap daar is ook weer aangenaam: een Zwitsers koppel op doorreis met de auto, twee vrienden die een hele toer doen met de motor en Willem, een Nederlandse fietser op weg naar Barcelona. Met een bukfiets, stel je voor... Geen wonder dat hij eraan denkt om zijn rit enkele honderden kilometers in te korten, door de trein te nemen. Ook voor hem is het heet.

Maandag 29 mei: verandering van de plannen

De dag begint zoals de vorige: snikheet, fietsen onder een staalblauwe hemel met een brandende zon. Daar heb ik echt geen zin meer in. Dit is verondersteld vakantie te zijn. Genieten, weet je wel. Ik ben geen Flandrien, voor wie afzien het hoogste goed is.
Cultureel valt er onderweg niets te beleven; mensen ontmoet je niet en het landschap biedt weinig afwisseling. Jawel: soms gaat het langs een rivier, maar helaas zijn de Franse fietspaden op die plekken niet voorzien voor meersporige voertuigen. Asfalt met een grasstrook in het midden en her en der een flink gat in dat asfalt. Of geen asfalt, maar gravel. In Frankrijk wordt fietsen duidelijk nog gezien als een recreatieve bezigheid.

Wel zijn de rivieren vaak schitterend: traag stromend met flink wat bloeiende waterplanten en veel watervogels. Dat compenseert het harde werken en geconcentreerd sturen.

Na een terrasje, waar voor een keer wel volk zit, zie ik een 'camping municipal' aangeduid. Er is nog geen 100 km gefietst, maar het is genoeg geweest.
Arc-et-Senans heet het plekje. 26 plaatsen op de camping. 10 euro voor een staanplaats. Rust. De tent wordt met wat meer zorg opgezet, want het is voor een nacht extra. De tarp komt ervoor; de extra palen maken de zitruimte groter.

De 'comfortopstelling'
Geografisch sta ik hier op de grens van de departementen Doubs en Jura. Langs de camping loopt het riviertje de Loue. In de gemeente vind je ook de 'Salines Royales': een zoutwinningsbedrijf uit de 18de eeuw. Helaas heb ik niet de tijd (en de motivatie) om het te bezoeken.

Daarna volgt de kennismaking met een bejaard Fries koppel, Jan en Iris, op weg naar Toscane. We drinken samen een glas naast hun T4 California. Handig, met een koelkast in de camper!

Ik besluit van

dag 4 (dinsdag 30 mei)

een rustdag te maken. Even bekomen. Een lekkende binnenband herstellen, even wat aankopen doen en dolce far niente.

De uitbater stelt voor dat ik voor die aankopen naar Salins-les-Bains zou rijden. Fijn. Niet te ver en de Orca kan leeg. De spullen blijven lekker in de tent.

Verrassing: dat stadje is een kuuroord in de Jura, richting Zwitserland en zo ziet het er ook uit. Langs een adembenemende kloof (gorge in het Frans) raast de onbeladen Orca over onvervalste bergwegen. Pure pret: bochtjes pikken aan 60 en meer! De velomobiel voelde aan als een racefiets, na het slepen van de Cyclone, de tent, de tarp, de...

Dag 4 is ook de dag van een belangrijke beslissing: ik zal niet tot Lyon fietsen, maar van hieraf westwaarts rijden, naar Auxerre. Daar kan ik aanpikken op 'Langs Oude Wegen'. Gedaan met de dodelijk saaie route naar het zuiden. De omstandigheden zijn gewoonweg te zwaar. Ik heb de afstand toch onderschat, lijkt het. Als ik het bekijk, wordt de hele route afleggen spannend. Er is een deadline. Deadlines gaan niet samen met vakantie. Naast het dodelijk saaie van de route speelt ook die tijdsdruk een rol.

En dan komt een volgende aangename verrassing aangefietst: Johan, een mede-ligger uit Vlaanderen, komt de camping opgereden met een reisgezel. Samen rijden ze de Groene Weg in omgekeerde richting. Hij is niet met zijn WAW, maar met een heuse wereldfietsersfiets (IDWorks).
Ze vertellen dat de hellingen in het volgende deel veel steiler zijn. Ik voel me gesteund in mijn beslissing om de route in te korten.
Het wordt nog een gezellige avond; op het terrasje van de camping van een fris biertje genieten en nadien met ons drieën een hap gaan eten.
Met Openrouteservice wordt een nieuw traject - profiel: racefiets - opgemaakt en op de gps overgezet. Gelukkig heeft Johan ook een Garmin, met de juiste kabel, want die heb ik thuis laten liggen.

Nu de beslissing genomen is, valt de druk weg.

Morgen gaat het een andere richting uit.

7 opmerkingen:

  1. Hoi Jan,
    Dat van dat eenzame deel in Frankrijk, herken ik. Toen ik in 2014 daar langs fietste vroeg ik me af hoe die Franse boeren leven, want het ziet er op sommige plaatsen wel heel erg armoedig uit. Hebben ze telefoon, TV, Riolering ???

    Gek genoeg was het juist dit desolate, dat mij uiteindelijk in de vacantiestemming kreeg, doordat het zo onalledaags is brak het echt met de normale routine.

    Ik had echter wel het geluk dat ik het pas op de laatste twee dagen van de heenreis echt warm had. En ik zie dat jij dit geluk nu even niet hebt.
    Een velomobiel is zeker bergop genadeloos warm, omdat je geen ventilatie hebt.
    (kom je pas echt achter als je een scheet laat, want die blijft de hele klim hangen)

    In elk geval lees ik je reisverhaal met veel plezier, en ook ik zal misschien volgend jaar ook weer die kant op gaan.

    Groet
    Rudolf

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. De volgende plannen krijgen al vorm, hoor. Ik deed nu al het noordwestelijke deel (2014) en deze keer kwam het noordoostelijke deel aan bod. Blijft de hele zuidelijke helft. Dat zal anders moeten, want ik moet eerst tot daar raken. Met de VW T4 kampeerbus ligt de oplossing voor de hand.

      Verwijderen
  2. Boeiend verslag, zo ben ik al wat bijgepraat 😉

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Jan, respect voor je geweldige onderneming. Je doet het geweldig, af en toe een dip schijnt er bij te horen.
    Ik wens je een lekker fiets temperatuurtje, glad asfalt en mooie afdalingen. Blijf schrijven, we genieten mee.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Jan, ik geniet mee van je reis. Ook het 'is dit nog vakantie?'-gevoel hoort erbij, heel herkenbaar. Vaak wordt dit versterkt doordat je te weinig koolhydraten eet. Dus neem vanavond een goed bord pasta!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Hoi Jan, heerlijk zo op pad. En wat een comfort met zo'n ruime tent. Geniet ervan?

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Mooi verslag Jan, en goed weergegeven dat ook vakantie vermoeiend kan zijn. Herkenbaar, al is dat voor ons vaak op een andere manier. Geniet van de rest van je vakantie, en blijf schrijven!

    Groeten, Adri.

    BeantwoordenVerwijderen