maandag 30 april 2018

Te koop - for sale - a vendre: Seiran 24 tour (gereserveerd)

Ongetwijfeld zullen er (lig-)fietsers zijn die het niet met me eens zijn, maar blijkbaar kan een mens teveel fietsen hebben...

Omdat een fiets niet dient om stof te verzamelen - tenzij, misschien, in een museum - en omdat ik er niet meer toe kom ermee te rijden, mag de Seiran de deur uit.



Standaard gaat het hierom: een Seiran 24 in toerversie. Door de 24" (507) wielen geschikt voor de kleine en middelgrote medemens (nu afgesteld op 1m70).

'Toerversie' betekent 
  • een aluminium zitschaal
  • spatborden
  • 3 x 9 versnellingen
  • bagagedrager
  • zoals te zien op de foto: met bovenstuur
  • standaard achtervering met instelbare veerspanning
De beschrijving van Challenge zelf vind je hier.

Voor wie het interesseert, volgt hieronder een wat uitgebreidere technische beschrijving.

Aandrijving

  • voorderailleur Shimano Tiagra
  • achterderailleur Shimano XT
  • cassette SRAM PG 980
  • draaiverstellers SRAM Attack
  • remmen Tektro BB7 (mechanische schijfremmen)

Verlichting

Dit voegde ik nadien toe. Er werd een voorwiel gebouwd met een Shutter Precision SD-8 naafdynamo. Zeer licht, hoog rendement en compact.


De componenten van het voorwiel
De koplamp is een uitstekende Busch und Muller Luxos U. Ruim voldoende licht, een brede, afgekapte lichtbundel en daar bovenop een usb-aansluiting om gsm of gps onderweg bij te laden. Handig is ook de aanduiding voor een functionerend achterlicht.



De bedrading is in het frame weggewerkt.

Het achterlicht is eveneens van Busch und Muller: Toplight Line Brake Plus. Anders gezegd: een goed zichtbaar achterlicht met remlichtfunctie (reageert op de naafdynamo).


Toeraanpassingen

Het bagagerek was niet geschikt voor banaantassen. Challenge (nu Elan) kan als optie een 'Voyager Rack' leveren, maar dat vond ik heel erg duur (€ 170). Daarom fabriceerde ik tasafhouders in aluminium. Bevallen die je niet, dan kun je ze er afhalen zonder sporen na te laten.



Verder kwam er een zijstandaard op, op de achteras gemonteerd.



De banden die er bij de aankoop op zaten (V-rubber 35-507 - de 'racebanden' die Challenge toen leverde) krijg je erbij. Ik monteerde Kojaks (40-507), die meer in de smaak vallen.

Extraatjes

Op de achtervork bevestigde ik een Axa ringslot met een extra ketting om de fiets vast te leggen. Zo kun je de fiets met een gerust hart ergens vastzetten. Slot en ketting gaan mee met de fiets.

Er hoort ook nog een Radical tas bij. Die is niet 'als nieuw', maar perfect bruikbaar. Ook deze kan meegeleverd worden (zonder meerprijs).

Wil je weten hoe snel je rijdt? Op het stuur zit een (draadloze) Sigma BC 12.12 fietscomputer.

Nog enkele foto's van verschillende configuraties, afhankelijk van het soort trip.


Met Radical toptas M
Ortlieb ligfietstassen: hier dienen de tasafhouders voor
Voor alle duidelijkheid: de Ortliebs blijven hier. Die kregen een plekje op de Thorax trike.

Er hoort ook een bijna onverslijtbare Ventisit mat bij, net als een Ventisit nekrol.

Prijs

Dat hoort er natuurlijk ook bij. Omwille van enkele prijzige verbeteringen ligt die prijs wat hoger.

BuM achterlicht kost € 40
BuM koplamp kost € 190
Shutter Precision SD-8 is € 120 waard

Dus wil ik graag 900 euro voor al dit moois.

zondag 29 april 2018

Spezi 2018

Spezi - Spezialradmesse - Special Bikes Show

Deze beurs is gekend over de hele wereld. Gary Solomon (recumbent riders online) was er met een delegatie uit de Verenigde Staten om verslag uit te brengen, dus je kunt stellen dat mensen van heinde en verre komen.

Velonauten van heinde en ver

Test

Vooreerst: geen foto's, want ik schoof aan in de rij en reed.
 
Op het e-bike testparcours - overigens een schitterend parcours, met hellingen en scherpe bochten, probeerde ik de HP Velotechnik Scorpion in twee varianten. Een 'eenvoudiger' uitvoering zonder voorvering, met Shimano Steps en Nexux 8 met Di2 - automatische schakeling - en een FS (full suspension) met Pinion en GoSwiss naafmotor. Allebei waren ze uitgerust met een 26" achterwiel.

De trikes vergeleken

Combinatie STEPS/Di2.
In deze is de STEPS 6000 gebruikt, bedoeld voor straatgebruik. (de 8000 is gericht op terreinrijden en is wat bruter).
Dit systeem is wat luidruchtiger (je hoort de motor en de versnellingen) en de automaat verslikt zich in het schakelen bij een helling op rijden. Dat had ik op een Merida e-bike ook al ondervonden tijdens de wandel- en fietsbeurs in februari. Shimano zou het systeem volgend jaar herwerken.
Dit is geen ramp, indien je het weet. Het is wel een probleem, ervan uitgaand dat dit automatisch schakelen bedoeld is voor wie niet goed overweg kan met versnellingen. Deze keer schakelde het systeem meteen naar de hoogste versnelling tijdens het bergop rijden...
Voor lange afstanden aan een constante snelheid is het wel goed te doen. Een belangrijk voordeel is de prijs: de optie STEPS met Di2 kost 2.390 euro (voor bijvoorbeeld de Scorpion FS met 26").

Combinatie Pinion/GoSwiss: dit voelt een pak beter aan. De aandrijving is geruisloos; de Pinion (12 speed) heeft een groter bereik en is, volgens wat ik lees, bedrijfszekerder. Dat mag ook wel, want de prijs is flink hoger. De combinatie zoals getest betekent een meerprijs van 3.990 euro. Dat is 1.600 euro meer dan de Shimano-combo. Anders gesteld: de prijs van de Scorpion verdubbelt zomaar.
Bemerking: je kunt de GoSwiss drive ook combineren met een Shimano XT-schakelwerk. Dan is de prijs amper meer dan de STEPS aandrijving. Bijkomend voordeel - niet van belang in ons vlakke landje -: de direct drive motor kan remenergie recupereren. Tegelijk ontlast je op die manier de remmen, aangezien je op de motor remt. Dat is heel erg handig tijdens lange afdalingen.

Rijgedrag

Opmerkelijk: vergeleken met mijn 14 jaar oude Thorax is een Scorpion minder stabiel in de bochten. Niet slecht, zeker niet, maar er ging makkelijker een wiel in de lucht. Dat is logisch, want de spoorbreedte is zowat 10 cm minder met dezelfde zithoogte. De ophanging is dan weer veel gesofisticeerder, waardoor er minder verlies is.
De STEPS-versie was uitgerust met schijfremmen. Die waren heel erg krachtig, maar tegelijk erg bijterig. Misschien waren ze niet goed ingereden - het gaat tenslotte om testfietsen -, maar doseren was moeilijk.

De 'goedkopere' Scorpion was uitgerust met een spanzitting. Comfortabel, ruim, plaats om te bewegen, maar de zitting kraakte voortdurend. De andere beschikte over een kuipzitje, waar je vaster in zit, maar ook dat voelde goed aan. Het is wel iets minder evident om in de bochten naar binnen te hangen.

ICE stond niet op het testparcours. Je kon, indien je dat wilde, wel testrijden op het terrein van de beurs, maar er was teveel volk om dat goed te kunnen doen. Daarnaast ken ik hun producten, want ik heb er al meerdere keren mee gereden. Als ik beide grote fabrikanten van toptrikes naast elkaar zet, gaat mijn voorkeur uit naar de speelse, sportievere ICE machines. Daarbij gaat het niet om kwaliteit, want die is vergelijkbaar - beiden laten hun frames maken in dezelfde fabriek in Taiwan -, maar om de rijkwaliteiten.

Een overzicht van wat me opviel

trikes

ICE

Nieuwe zitjes. Meer gepolsterd, meer de contouren van het lichaam volgend.

Een collectie 'kuip'-zitjes
Radical ligfietstassen worden nu aan het zitje gehaakt: geen spanriemen meer. Dat is handiger omdat die riemen anders achter je rug doorlopen en het comfort beïnvloeden.


ICE gaat ook voor de Shimano STEPS aandrijving. Niet getest, want er waren er geen op het e-bike testparcours.

In de showroom (hal 1) stonden enkele prototypes. Eén was een bijzonder snel ogende, full carbon trike die op maat gemaakt zal worden.

De trike stond achter gaas, met magere verlichting, dus geen denderend beeld
Weegt minder dan 10 kg. Laag, lang en je ligt bijna horizontaal. Benieuwd of die ook echt geproduceerd zal worden. Gezien het principe - op maat - moet voor elke trike een negatieve mal gemaakt worden.

De mensen op de stand waren erg behulpzaam. Het waren ook niet enkel verkopers, want ik sprak met één van de productiemedewerkers: de man die de full carbon racer ontwikkelde. Het spreekt voor zich dat ze allemaal overtuigde trikerijders zijn. Wat dat betreft, zaten we zeker op dezelfde golflengte.

HP Velotechnik

Scorpion S-pedelec uitvoering. Op de stand een 'full option' uitvoering: met claxon, remlicht en knipperlichten, helemaal volgens de richtlijnen.

Fijne knipperled, in rubber opgehangen, en een prima BuM LineTec Brake achterlicht
Scorpion HS (speed pedelec), met knipperlichten, claxon en alle toeters en bellen
Nadeel: veel meer knopjes op de stuurknuppels. Maar wel om duimen en vingers bij af te likken. Dit is een übercoole trike! De prijs? 'if you ask for it, you can't afford it' ofwel héél veel geld.
Maar ook indien je voor een gewone pedelec kiest, is het 'op zijn Duits'. Dat wil zeggen dat er heel wat opties te kiezen zijn. Bij wijze van test ging ik voluit met de online configurator. Ik koos een FS26 met GoSwiss ondersteuning, spatborden (eigenlijk zou dit standaard moeten zijn), verlichting en alles wat nodig is om te toeren. De prijs van de trike eindigde boven 10.000 euro. Alsjeblieft.
En dan bedenk ik dat mensen een velomobiel waanzinnig duur vinden...

Het was duidelijk op de stand: HP Velotechnik gaat voluit voor de trikes, die in het begin een bescheiden nevenproduct vormden. Dat is logisch: trikes lijken de laatste tijd veel populairder dan tweewielige ligfietsen. Die laatste hebben qua verkoop sterk te lijden onder de boomende e-bike omzetten. Ergens is het wel bizar: een trike met ondersteuning wordt als een evidentie beschouwd, terwijl je eigenlijk minstens even makkelijk een 'gewone' ligfiets ondersteund kunt maken. Blijkbaar is daar weinig vraag naar. HP Velotechnik en Toxy bieden het wel aan als optie.

Velomobielen

Cycles JV Fenioux

Eindelijk heb ik de Mulsanne in het echt gezien. Twee prototypes, die we allemaal al via foto's op het internet konden zien. Maar: het blijven prototypes. Afwachten wat de uiteindelijke afwerking wordt. Qua styling is dit een blikvanger, maar wat mij betreft voegt hij eigenlijk niets toe aan de markt.

Mulsanne achterlicht
Mulsanne koplamp
Gewoon 'nog een velomobiel erbij'.

EcVelo

Enkele prototypes, die er blijkbaar vorig jaar ook al stonden.


Groot, ruim, vier wielen, maar vermoedelijk dezelfde problemen als de voormalige Beyss GoOne: veel plexi, dus een oven in de zon en aandampende ruiten in de winter.
Productie? 'volgend jaar', maar toen bleek dat vorig jaar hetzelfde gezegd werd...

Een buitenbeentje. Heel erg breed, maar dat is logisch, want er zijn twee zitjes naast elkaar. In tegenstelling tot de trend blijft dit een driewieler. Technisch is dat simpeler. Mooi gemaakt, maar die valt in een heel andere klasse dan de sportieve velomobielen die de meesten zijn. Zet hem naast de ELF en je hebt een idee van wat je mag verwachten. Stabiliteit? Geen idee. Je kon er niet mee rijden.

Podbike

Op het buitenplein viel het prototype van de Podbike te bekijken. Stylistisch is dit een zeer geslaagde velomobiel, gladjes getekend als een auto, met een volledig afgesloten koepel, die wijd opent om in en uit te stappen. Er is een ruim bagagecompartiment en het ruimtegevoel is er ook. De ontkoppeling van de aandrijving - met de pedalen drijf je niet de wielen aan, maar een generator die de accu laadt - is ook nieuw in het wereldje.
Vier wielen, snel ogend, toegankelijk: deze nodigt uit om ermee te rijden.


Anderzijds zijn er nog altijd de bezwaren die het einde betekenden van de GoOne (Beyss): in de zomer een oven, in de winter compleet beslaan van de ruit en dan nog de krasgevoeligheid van de plexi koepel. Wait and see, zoals het gezegde luidt. Dit jaar zouden de eerste echte testen in Noorwegen starten.

Katanga

Hier stond een WAW met de blijkbaar obligate Pinion. Omdat in de WAW het achterwiel dubbelzijdig opgehangen is, kan deze hier met een naafmotor gecombineerd worden. Geen idee of dat hier ook het geval was.

Andere zaken

ideeën

Heel wat 'uitvinders' poogden hun bedenksels aan de man te brengen. Zo stond er een fiets waarbij je het stuur deed kantelen (alternerend links en rechts) als aandrijving; er waren de obligate bamboe fietsen; allerlei cargobikes met bagageruimte voor of achter ... 

Onder een cargobike: Pinion als tussenas
Leuk, maar ofwel het herontdekken van zaken die decennia geleden al geprobeerd waren of wel varianten op wat al lang bestaat.

Bamboe fiets met hoog lifestyle gehalte
Mooi houten frame met ingebouwde vering
Wat wel duidelijk is: de ondersteuning wint nog altijd veld.
Verder waren er heel wat mooie technische oplossingen te bespeuren, ook bij de fietsen van bezoekers.

Ondersteunde Scorpions van bezoekers (Duitsers zijn rijke mensen)
FWD kantelknikbesturing: Frans fabrikaat (Jean Letrange)

onbedoelde toonplaats

Heel wat geïnteresseerden kwamen met hun eigen ongewone fiets naar Spezi. Rondom de hallen stond het vol ligfietsen, trikes en velomobielen. Geen Orca's, neen, maar wel relatief veel Leitra's, DF's en Leiba's. Hier en daar reden er zelfs zelfbouw velomobielen rond, maar die kunnen niet tippen aan de merkproducten.
Twee Franse trikes trokken ook veel aandacht. Zij waren uitgerust op een manier die ik vorig jaar in Nancy leerde kennen: elektrisch ondersteund, met een zonnepaneel als dak.

'solar' trike
Francine, die op die manier Marokko doorkruiste, stelde dat je - achteraf gezien - beter investeert in een tweede accu. Goedkoper, simpeler en zekerder.

Veltop

Dit is een Franse producent van wat we best als een afdak voor een trike kunnen omschrijven. Het maakt er geen velomobiel van, want het is geen stroomlijn. De Veltop vormt een beschutting tegen regen en felle zon. Het leuke was dat er een 'light' versie van ontwikkeld is: een flexibel frame met een lichte stof in gespannen, die je op drie punten op de trike vast zet. Zo ben je beschut. In België en Nederland niet echt nodig, maar in het zuiden zit je op die manier niet in de brandende zon.
Je zou versteld kunnen staan van hoe snel je verbrandt op een ligfiets, dus dan is het wel wijs om je te beschermen.
Wat hier, naar mijn gevoel, wel geldt is het gezegde 'licht, sterk en goedkoop; kies er twee van de drie'. Anderzijds blijkt dat enkele Zwitsers met dit zonnedakje een reis van duizenden kilometers maakten zonder enige schade (tot op de laatste dag, maar dat was door eigen fout).

Swyff

Swyff verdeelt Bafang aandrijfsystemen in België. Los, in kit of in fietsen. Daarbij gebruiken ze een relatief eenvoudige display, dat heel wat instelmogelijkheden biedt. Swyff stond niet op Spezi, maar de zaakvoerder kwam samen met Brecht, van fietser.be, de beurs bezoeken. Hij toonde me hoe ik de instellingen op de Thorax makkelijk kon wijzigen. De vijf standen bleven behouden, maar het onderlinge verschil is nu groter, waardoor de laagste stand minder geweldig is. Tegelijk is er een nulstand aan toegevoegd: je kunt de ondersteuning nu uitschakelen terwijl het schermpje informatie blijft geven.
Indien ik dat wil, kan ik ook nog de stroom beperken. Hierdoor werkt de motor geleidelijker en daalt het verbruik. Nu is de stroom beperkt tot 15 A.
Wat hij me ook uitlegde, is dat de motor (Bafang BWX 02) - gelukkig - thermisch beveiligd is. Bij de komende trip in Zuid-Frankrijk verwacht ik enkele flinke klimmen. Dat is met een naafmotor geen evidentie, omdat die dan traag moet draaien en oververhit kan raken. Indien er geen beveiliging op zit, kan er onherstelbare schade optreden.

Zzmerck

Een illustere Chinese fabrikant van de producten typisch voor daar, zoals we ze ook van Performer kennen: goedkoop, eenvoudig, betrouwbaar en ongesofisticeerd. Maar: ze toonden hier dat ze wel degelijk in staat zijn om technische pareltjes af te leveren. In dit geval ging het om een 4WD off-road quad. Jawel: vier wielen elektrisch aangedreven! Een 500 W motor die ze zelf ontwikkelden, aandrijving op vier wielen, bagageruimte, schijfremmen rondom, vering rondom... 

'lichte' overkill: 500 W motor, ingewikkelde transmissie, maar mooie techniek
Dit is een milieuvriendelijker alternatief voor die lawaaierige quads die je op zondag op bospaden ziet. Voor 7.900 euro kun je hem hebben. 

Brecht (fietser.be) test de 4WD ZZmerck
Da's eens iets anders dan de zoveelste HP Velotechnik Scorpion. Als je als fervente ligfietser je buren wil aftroeven, is dit wat je nodig hebt.

Gemist

Rohloff 

presenteerde een automatische schakeling voor hun alom gekende naaf. Die stand heb ik niet gezien.

Pima

Ik had verwacht dat Pima er zou staan met hun 'poor man's Orca', maar dat was niet zo. Ze waren er niet op de testdag in Gent en nu ook weer niet... Pech.

Slotbedenking

Ik kan beamen wat meer mensen me zegden: je hoeft zeker niet elk jaar te gaan, want veel zaken blijven gelijk. Dezelfde stands, dezelfde fietsen, dezelfde beloftes ('komt volgend jaar in productie'). Was het de moeite waard? Jazeker. Je leert verdelers kennen, je ziet hoe bevlogen bepaalde producenten zijn, ook na jaren timmeren aan de weg. Je ziet nieuwe producten, nieuwe concepten. Er is de kans om een aantal zaken uit te testen.
Anderzijds bleek dat de geschatte twee dagen bezoektijd teveel was. Op één dag had ik het gezien. Dan moet je afwegen of de lange reistijd - het is dik 500 km van thuis naar Germersheim - opweegt tegen wat je te zien krijgt. Ja, dus, maar niet voor elk jaar.

Te noteren voor de volgende keer: beter uitzoeken waar gekampeerd kan worden. Nu kwam ik in Germersheim terecht op een camperparking. De ene camper stond naast de andere, zonder enige beschutting. Camperplaatsen beschikken ook niet over sanitair, want dat wordt verondersteld in je wagen te zitten. Niet in mijn T4'tje, niet in de T5 California's die in de buurt stonden.
Van de kampeerplek in Lingenfeld, op zowat 8 km, zei men me dat die eigenlijk nog gesloten was en dus was de infrastructuur erg beperkt.
Maar de reisweg op zich was al een ontdekking: de Eifel en Pfalz lijken ideale wandelgebieden, die ook uitnodigen om al fietsend ontdekt te worden.

 

zaterdag 21 april 2018

Herinnering


Zullen er zeker te testen vallen:
  • WAW (carbon e kevlar versies)
  • eWAW (commuter en toerversie, met verschillende opbouw)
  • E-Orca
  • Milan SL
  • DF
  • ICE VTX
  • ICE Sprint 26 RS met naafmotor
  • Flevobike Greenmachine
  • Quattrovelo
  • roeifietsen
  • kickbikes
Niet bevestigd, maar misschien zelfs een Velomo trike: de Hi-trike GTI

Daarnaast zullen een aantal leden van WOL hun eigen voertuigen ter beschikking stellen van geïnteresseerden.

maandag 16 april 2018

Verkenning

Vorig jaar was de 'hillbillytoer' een succes. Er was veel volk, het weer was schitterend en de route om van te smullen. Tenminste, indien je van hellingen houdt.

Dit jaar moet er dus een vervolg op komen en ik nam dat weer op mij. Daar hoort dus het uitzoeken van een route en een verkenning bij. Routes vinden is niet zo moeilijk: op de site van de provincie Oost-Vlaanderen, bijvoorbeeld, heb je ze voor het kiezen. Je selecteert 'vlak', 'glooiend' of 'steil', kiest een benaderende afstand en dan selecteer je iets uit het aanbod.

Voor dit jaar wordt het de Graalroute vanuit Geraardsbergen. Niet zo lang - 42 km -, maar wel met wat flinke kuitenbijters erin. Dit verzekert ons van een namiddagje fietsplezier. Terrasjes zijn er ruim voldoende, want dit is het speelterrein van de wielertoeristen!

Omdat de rit vertrekt vanuit het standpunt 'bij voorkeur geen velomobielen' (het snelheidsverschil met open fietsen is vaak te groot), deed ik de verkenning met de Tangens. Nu die uitgerust is met Trykers is bochtjes pikken nog veel leuker!

Al even onderweg: grondgebied Brakel
Zo'n verkenning kan enorm meevallen. Ik genoot van de rust, van de omgeving en van het fietsen op zich.

Lierde: even een halve kilometer onverhard
Zottegem: langs de helling omhoog
Het was meteen een test voor de komende fietsvakantie: hoe zou de naafmotor omgaan met steilere hellingen? Wel: ik gebruikte de eerste en tweede van de vijf standen van de ondersteuning en dat was ruim voldoende. Geen nood hoor: voor wie er nog geen ervaring mee heeft, ook op die manier kon ik me flink in het zweet werken!
Wat ook bevestigd werd, is dat een 360 Wh accu veel te weinig is: na 42 km was die zo goed als leeg. Over de oplossing volgt nog een blogpost.

En om het nog wat aantrekkelijker te maken, is er een heerlijk toetje: de befaamde Muur van Geraardsbergen.

Ook die heb ik verkend. Dat spreekt voor zich. De verrassing: op zondagnamiddag, rond 17u, was ik er de enige fietser!


De beklimming was niet zo lastig als ik verwachtte. Ik maakte al langer en steiler mee, ook met kasseien. De Kemmelberg, bijvoorbeeld.
Maar tijdens die beklimming merkte ik ook weer een probleem met de trike: de combinatie van de derailleur (SRAM X4) met de cassette (11-34) is niet goed: in de kleinste versnelling loopt de boel vast, want de kooi is te kort... Daar gaat mijn 'bergversnelling'.

zondag 15 april 2018

Breuk

Omdat ik er toch een reeks liggen heb en omdat ik het wel eens wilde proberen, gingen dit weekend de Schwalbe Marathon banden van de eTangens (trike). De bedoeling: uittesten hoe die reageert met Schwalbe Trykers. Een andere reden was dat het rechter spatbord aan herstelling toe was: vermoedelijk is een tak meegedraaid, waardoor het spatbord achteraan scheurde.

Het oogt wat ieler: de Marathons zijn er in 47-406 maat; de Trykers bestaan slechts in één maat en dat is 40-406. Er is dus wat meer ruimte tussen de spatborden en de banden.

Nadat ik ze er allebei opgelegd had, werden de bandjes op druk gezet (5 bar). Daarbij was al snel duidelijk dat er iets loos was met de linkerband.


Dat betekende dus de band er weer af, bij de stapel voor het containerpark, en een volgende erop.

Dat is het risico als je banden hergebruikt. Aan de sporen op de wang te zien, is dit een band die van een velomobiel afkomstig is. De Trykers hebben, net als veel sportievere, lichte banden van Schwalbe, heel weinig rubber op de zijkanten. Bij een velomobiel sleept die zijkant geregeld tegen de wielkast bij korte bochten, met die slijtage als gevolg. Als je geregeld zo kort draait, krijg je banden met een prima loopvlak, die je moet weggooien omdat de zijkant (binnenkant) stukgesleten is.

De Marathons hebben zo'n 1300 km gelopen. Nu, met het mooiere weer in aantocht, wil ik ervaren wat het verschil is op de trike. Bij de Orca merk ik een verschil in rijgedrag: -ander bochtengedrag (de Trykers hebben meer zijdelingse grip) - en comfort: minder trillingen met de Trykers.
De eTangens weegt een pak minder en de gewichtsverdeling is ook anders. Daarnaast is er de geraffineerde elastomeer-voorvering, die al heel wat meer trillingen opvangt. Hier verwacht ik dat het vooral om bochtengedrag zal gaan.

Update

Vandaag verkende ik de aangekondigde 'hillbillytoer': klimmen, dalen en slingeren door de Vlaamse Ardennen. Dat was het moment bij uitstek om de Trykers te testen. Het verschil was groter dan ik dacht en nu weet ik weer waarom ik er graag mee rijd:
  • ze rijden stiller (profielloos loopvlak zal daar veel mee te maken hebben)
  • minder trillingen, wellicht door de soepeler opbouw (maar toch op 5 bar)
  • de zijdelingse grip is veel beter, maar dat wist ik al
Het belangrijkste nadeel: iets meer kans op lekken, vooral op gravelwegen. Op langere ritten moet dus een reserveband mee.

vrijdag 13 april 2018

Velomobiel, maar anders

Ik had hem al zien staan bij Fietser.be: een raar bakje. Hoog, breed, helemaal anders dan het beeld dat we hebben van een velomobiel, maar toch: het is er ook eentje.


Brecht zei meteen: vergeet je beeld van een velomobiel. Dit is een transportmiddel voor de stad, om te cruisen.

Hij heeft op de blog van Fietser een verslag gepubliceerd. Dat is vrij uitgebreid: zowel de techniek als rij-ervaringen komen erin aan bod.

Foto: Fietser.be
Wat meteen opvalt, is dat niet enkel de buitenkant afwijkt. Ook het interieur is helemaal anders dan we gewoon zijn.


Lijkt me een leuk bakje om eens te testen en - zoals Brecht zegt - prima als overdekt bakfiets-equivalent. Dit is pas een stadsvelomobiel!

Juist: ja, je ziet de vloer eronder. Geen nood: achter het zitje is een ruime koffer en zelfs een tweede zitje is beschikbaar. Ik zei het al: de ELF is ontwikkeld met een heel ander gebruik in het achterhoofd.