zondag 28 juni 2015

Werkverplaatsing met off road karakter

Of van het nuttige en het aangename...

Deze week had ik een afspraak in Sint-Amands (opleiding geven bij de klant: het gemeentebestuur). Volgens de routeplanner ligt dat op ongeveer 40 km van huis, dus nam ik niet de bedrijfswagen die ik voor de gelegenheid gereserveerd had, maar de Orca. Het beloofde toch een schitterende dag te worden.

De rit naar Sint-Amands

Sint-Amands ligt aan de Schelde, stroomafwaarts van waar ik woon aan diezelfde rivier. Dat wil zeggen dat ik het hele eind over een jaagpad zou kunnen rijden.


Noem het 50 km fietssnelweg; de Schelde kronkelt en slingert namelijk door het landschap, dus is de afstand langs de rivier langer.


Daarom koos ik ervoor om in het doorgaan hier en daar een grote lus af te snijden.


Extra leuk is dat ik net voor het einde nog met een veer de Schelde over moet.

wachten op de veerboot van 9u
De veerman kent de Orca ondertussen al, hoewel het al van januari geleden was dat ik de overtocht maakte: hij wist zelfs nog dat ik toen naar Leuven reed!


In januari, bij valavond en in de regen
Druk was het zeker niet.

Ruim plaats voor de Orca. Op een zonnige weekenddag is dit uitgesloten.

Terugweg

Na afloop van de opleiding bleek dat de accu's van de Oregon 450 leeg waren. Natuurlijk had ik uitgerekend deze keer geen reserve bij... De zon was nog steeds van de partij en de wind, hoewel ik die tegen had, was erg zwak. Het werd dus de lange, "toeristische" route: helemaal langs het jaagpad. Dat oogt bij momenten als een circuit: breed, goed asfalt en slingerend.


Leuk! Je kunt voluit gaan en tot op de grens in de bochten. Vooral omdat er op zo'n doordeweekse dag weinig andere fietsers te bespeuren zijn. Doorrijden kun je niet op een jaagpad waarbij je de fietsers in aantallen per m² uitdrukt.

WenZ, de beheerder van de jaagpaden, kondigde ergens onderweg aan dat er werken waren in het kader van het Sigmaplan. Minder leuk: op het plan stond niet waar die werken begonnen en ook niet waar je ergens stond ten opzichte van de onderbreking. Er werd ook nergens een omlegging aangeduid, dus zou ik het er maar op wagen. Zoals ik op de lezing op CV ook zei: ik wil niet dat de velomobiel me teveel beperkt in de mogelijkheden.
Off road dan maar.

Dit zag er haalbaar uit. Geen idee hoe ver het zo zou blijven.
Eerst ging het over blote aarde en na een poos veranderde dat in twee sporen met gras ertussen.


Twee sporen, mooi droog
Nog een eind verder werden het twee sporen met modder links, rechts en in het midden. Het spoor was net, maar dan ook net, breed genoeg om de Orca erbinnen te laten passen.

De sporen blijven droog, maar daartussen en ernaast is het puur modder
Zo ploeterde ik enkele kilometers door. Dan veranderde de ondergrond weer: de sporen en modder werden grof grind.

Dit is ook hard werken
Daarna werd het opnieuw het gekende asfalt en toen ging het tempo weer omhoog.

Het resultaat: een smerige velomobiel.


Eigenlijk was het wel genieten: zoiets is altijd een uitdaging. Natuurlijk doe je dat enkel indien tijd minder belangrijk is, want snel gaat het niet.

De laatste kilometer: één van de slechtste kasseiwegen in Vlaanderen
Nog een resultaat: 90 onvoorziene extra kilometers op de teller.

donderdag 25 juni 2015

Cycle Vision 2015

CV ofte Cycle Vision vond alweer plaats in het Nederlands-Limburgse Venray. Wie de blog volgt, weet dat me gevraagd werd om een lezing te geven over de Orca. Vertellen hoe leuk het is om met een Orca te rijden en dan met de auto naar Venray trekken, dat is uitgesloten, dus fietste ik tot daar en uiteraard ook terug naar huis.

Gent-Venray is net geen 200 km. Dat is jammer, want 200 km is tot nog toe een grens die ik niet bereikte. Zomaar even een eindje omrijden om toch maar aan dat cijfertje te raken, is ook nogal zinloos. 195 km dus. Dat moet kunnen op één dag, zelfs met een Orca.

Een lezing geven houdt in dat je er wel wat voorbereiding aan hebt, zeker indien het de eerste keer is. Daarover volgt straks wel meer. Het gevolg was wel dat er minder tijd was voor de praktische voorbereiding: wat moet mee, hoe pak ik het in? Efficiënt pakken betekent puzzelwerk met als positieve kant dat alles in de Orca kan. Die tijd ontbrak, dus haakte ik de Cyclone achter de velomobiel en ik gooide een groot deel van de spullen daarin. Er was nog een zee van ruimte over, maar dat moest dan maar. De bandjes van de kar kregen wat extra druk in de hoop dat de rolweerstand wat minder zou zijn en vrijdagochtend om 8u sloot ik de garagepoort achter me.

Heenrit

Nu zou ik zien wat het nut is van twee accu's, want die kar vraagt toch extra vermogen en dus verkleint het bereik op één lading.

De route was uitgestippeld met openrouteservice.org, waarbij ik één enkel via-punt toegevoegd had, omdat ik door de voetgangerstunnel bij Antwerpen wilde gaan. Ik had namelijk afgesproken met Joop op de rechteroever, aan de uitgang van die tunnel.

Het eerste deel, 60 km, reed ik alleen. Dat ging vrij vlot en de route ging grotendeels over een fietspad dat de spoorlijn van Gent naar Sint-Niklaas en verder naar Antwerpen volgt. "Volgen" betekent in de praktijk dat je nu eens links en dan weer rechts van de sporen rijdt. Dat houdt ook in dat je af en toe een overweg nodig hebt. Laat het nu zijn dat de dames en heren van Infrabel (de Belgische beheerder van de spoorinfrastructuur) besloten hadden dat aan één van die overwegen werken moesten uitgevoerd worden. Voor de automobilisten was dit netjes aangekondigd en was een omlegging voorzien, maar gewoontegetrouw was met de fietsers geen rekening gehouden: op het fietspad - waar geen autoweg langs loopt - was niets aangegeven. Pas aan de overweg merkte ik dat ik niet door kon. Met de kaart op de gps zocht ik een alternatief in de richting die ik nodig had, maar helaas was dat niet de juiste weg: asfalt werd kasseien, de kasseien werden slechter, werden gravel en uiteindelijk gras, ondanks de aanduiding dat de weg doorliep voor fietsers en wandelaars.


Het resultaat: een half uur verloren, want ik moest op mijn stappen terugkeren en nog verder terug tot aan een vorige spoorwegovergang. Bijgevolg moest Joop tot bijna kwart voor elf op me wachten.
Gelukkig is hij een vriendelijk en geduldig mens... In Antwerpen aangekomen was de 10 Ah accu zo goed als leeg, mee door het gehots over een slechte kasseiweg (veel vermogensverlies) en de extra last van de Cyclone.

Nadat we onze weg zochten uit het centrum van Antwerpen, begon een schitterende rit langs rustige jaagpaden aan de boord van een kanaal, waarbij je je honderd jaar terug in de tijd waande.



Smalle, kleine sluizen, bloeiende waterlelies langs de oevers, ophaalbruggen,...

Neen, dit fietspad loopt toch niet door
Met een kruissnelheid van ongeveer 30 km/u schoot het goed op. Bij Arendonk reden we Nederland binnen. Vanaf daar tot aan Helmond viel minder mee: drukke wegen, veel verkeerslichten en ronde punten. Dat drukte het tempo en maakte het lastig: telkens weer afremmen, op het knopje drukken voor de verkeerslichten en weer aanzetten vergt een hoop energie. Vanaf de grens ongeveer begon het ook te regenen.


Een keer voorbij Helmond kwamen we in de Peel en daar werd het weer open. Even later zagen we de aanduidingen voor Cycle Vision en de heenrit zat er kort daarna op.

Gelukkig was het ondertussen weer droog, zodat de tent opzetten nog meeviel.

Mijn stek op de nogal ruime kampeerwei
De hele rit bleek, met Cyclone erbij, rustig haalbaar met die twee accu's. Dat was ook weer een geslaagde test.

Terugrit

Deze keer reed ik alleen. Joop, mijn reisgezel tijdens de heenrit, zou doorrijden naar Dronten voor onderhoud aan de Strada.

Het begon al heel vroeg: rond 5u werd ik wakker van de regen op de tent.

Natgeregende Orca
Tegen 6u had ik genoeg van het liggen luisteren en stond ik op. Nog een uurtje later was alles ingepakt, inclusief een druipend natte tent, en vatte ik de terugtocht aan.

Veel valt daar niet over te vertellen. Het was een combinatie van natte en droge periodes, van het dakje erop, dakje eraf, schuimdeksel erop (bij plensbuien en hevige regen), schuimdeksel er weer af, vizier erop en eraf, ... Voor de rest volgde ik de track op de Oregon 450, die me feilloos naar huis gidste.

Als afwisseling: regen
Leve de regenhoes!
Het grootste deel van de route was dezelfde van de heenrit. Enkel bij Antwerpen werd ik anders geleid.

Rond 17 u opende ik de garagepoort en stalde de natte en bemodderde Orca met Cyclone in de garage. Net op tijd, want nog geen vijf minuten gingen de hemelsluizen helemaal open en stonden de straten blank.

Kamperen

Bij de inschrijving werd iedereen aangemaand om dat toch maar tijdig te doen, want "het aantal kampeerplaatsen was beperkt". Nu ja, ook pakweg 500 plaatsen is een beperking. Was de organisatie wat optimistisch geweest?

Kampeerweide XL
Van de enorme kampeerweide bleken enkel twee zijden min of meer bezet door trekkerstentjes en enkele grotere onderkomens. De vrees voor drukte was dan ook ongegrond: alles bleef erg rustig. Geen langsrazend verkeer, geen luide muziek, geen gejoel rond knetterende kampvuren (open vuur was ook niet toegestaan). Douches en toiletten functioneerden ook zoals het hoorde. Wat ik miste, was een internettoegang en stroom om allerlei gadgets op te laden. Gelukkig kon ik met de accu's voor de ondersteuning terecht in het gebouwtje van de organisatoren.

De activiteiten

Cycle Vision werd aangekondigd als een groot evenement en het programma was er ook naar.

Je kon er aan de ingang niet naast kijken: een grote opblaasboog verwelkomde je en onmiddellijk daarna kwam je terecht bij de exposanten. Daar was van alles te vinden: zowel de traditionele ligfietsproducenten (Elan, Nazca, ...), de velomobielfabrikanten (velomobiel.nl, Flevobike, ...), gekende grote fietsmerken zoals Santos (met een fiets met Pinion versnellingsbak, bijvoorbeeld) als spectaculaire ondersteunde fatbikes. Voor elk wat wils dus.

In de grote tent kon je recordfietsen bewonderen. Daar kreeg ik een hele uitleg over de Cygnus.

Erg krap, zo'n recordfiets
Achter het plein met de exposanten was een probeercircuit, maar dat vond ik wat tegenvallen. Wel geschikt om even snel een ligfiets uit te testen of het onderstel van de QuattroVelo, maar als parcours voor een velomobiel was het niet geschikt, want te klein. Het sterke punt van een velomobiel is de hoge snelheid die je ermee kunt halen, maar daarvoor heb je toch een behoorlijke afstand nodig. De toegangsweg vanaf de straat tot de ingang van de Raceway was beter geweest daarvoor. De raceway zelf ook, maar daar vonden de wedstrijden plaats en dat kan dus ook niet.

Het leek me ook dat de "gewone" fietsers de weg nog niet gevonden hebben. Ergens is dat niet verwonderlijk, want het ligfietswereldje is wel klein en iedereen kent er elkaar. Eer geweten is dat CV er ook voor de andere fietsers is, daar zal vermoedelijk nog wat tijd over gaan.

Omdat ik zelf op beide dagen een lezing gaf, was er voor mij geen tijd genoeg om alles mee te maken. Even kijken naar de races was natuurlijk mogelijk, maar andere lezingen bijwonen lukte dan weer niet.

Toen ik bij Flevobike de Armadillo zag staan, jeukten de vingers: die moest ik toch eens testen.

Andre Vrielink op de Armadillo (hij rijdt er ook op drie wielen mee)

Niets nieuws, maar wel een verrassende mix, met o.a. double wishbone ophanging
Het is geen ligfiets, het is geen velomobiel, maar zo'n vierwielige transportfiets, daar moet je toch eens mee rijden! In de onderdelen zit niets revolutionairs, maar het gehele concept is vernieuwend. De Armadillo is niet breder dan een driewieler en elk van de wielen is door middel van een dubbele wishbone, gecombineerd met standaard-MTB-vering opgehangen. Je kan er makkelijk 200 kg last mee vervoeren (wat DHL in Almere blijkbaar dagelijks doet). Daarenboven rijdt het ding echt goed.

Ook het onderstel van de QuattroVelo zag er uitnodigend uit, maar de afstand tot de pedalen was veel te groot voor mijn korte beentjes. Het bleef dus bij een kort rondje aan lage snelheid. De velomobiel zelf oogt ook knap, maar al bij al had ik van de bagageruimte toch meer verwacht.


Het zal dus meer om de hogere stabiliteit gaan dan om de laadcapaciteit. Uiteraard moet de praktijk nog volgen, maar ik heb er mijn bedenkingen bij: het is niet omdat een Quest het moeilijk heeft in snelle, korte bochten (nou ja, "kort" is relatief), dat dit een algemeen probleem is met velomobielen. Hij heeft wel een aantrekkelijk smoelwerk en prima hoog geplaatste koplampen.

Verder leek CV op een treffen voor bloggende ligfietsers en velonauten. Vrijdagavond en zaterdag liep ik de ene blogger na de andere tegen het lijf. Telkens weer waren het aangename ontmoetingen. "Mooigeelisnietlelijk"-Paul, Wim "de roetsende", "kampeer"Belle, ... teveel mensen om op te noemen. En verrassend veel mensen bleken ook mijn blog te lezen. Wat ik van de anderen leerde: ik zal tegen de volgende keer een t-shirt met de url van de blog aantrekken. Hopelijk is het weer dan beter, want onder een jasje zie je dat niet.

Races

Geen CV zonder races en die zijn gewoonweg indrukwekkend: ronde na ronde aan 60 km/u rijden, je moet het maar doen!

Een gepimpte DF


Ook naast de track viel één en ander te bekijken, zoals de VeloTilt, met de toerkap erbij. Ik ben benieuwd wanneer die ooit af zal zijn en commercieel verkrijgbaar zal worden.


Over de organisatoren overigens niets dan lof. Je vond overal wel iemand om aan te spreken en iedereen bleek even vriendelijk.

Lezingen geven

Toegegeven: al jaren maakt het geven van opleidingen deel uit van mijn job. Voor kleinere groepen (zowat 15 personen) spreken is dus niet echt iets nieuws. Maar toch: een lezing geven is iets helemaal anders.

Het onderwerp was dan weer een makkie: waarom ik met een E-Orca rijd. Wat ik zou vertellen, vulde ik naar eigen believen in.

De voorbereiding vroeg iets meer tijd dan ik inplande, maar dat is ook niets nieuws. Donderdag, de dag voor het vertrek, besloot ik er dan toch maar een Powerpoint-presentatie van te maken en dus werden de voorbereide tekst en de beelden algauw in slides gestopt. Daar hoorde uiteraard nog animatie bij (simpelweg overgangen) en dan kruipt er tijd in.

Zaterdag om 13u werd ik voor de leeuwen gegooid. Die waren evenwel erg vriendelijk, want in de loop van de vrijdagavond en zaterdagmorgen had ik met het merendeel ervan al kennis gemaakt. Om het extra spannend te maken zaten de gebroeders Vrielink - jawel, die van Flevobike - erbij. Ik schat het aantal toehoorders op 30 tot 35 (voor tellen was er geen tijd en dat is ook niet van belang).

Op een kleine onderbreking na - iets met een mislukte wissel van beamers omwille van niet compatibele aansluitingen - ging het vlot. Helaas: ik wilde meer vertellen dan wat paste in de mij toegemeten tijd. Leuk was wel dat er behoorlijk wat interactie was met de toehoorders. In dialoog gaan en vragen krijgen is veel aangenamer dan in je eentje staan oreren voor een passieve groep.

Als je dan nadien hoort dat toehoorders de neiging krijgen om ook voor een Orca uit te kijken, kan je enkel zeggen dat het enthousiasme overgekomen is.

Zondag om 13u30 werd de lezing herhaald. Een kink in de kabel was dat de beamer in de Velozinezaal geen digitale ingang had en mijn ultrabookje dus niet kon aangesloten worden. De presentatie werd vertoond vanop een laptop van de organisatie, die echter niet overweg bleek te kunnen met de presentatie: alle overgangen, alle beelden die op dezelfde slide stonden, werden meteen over elkaar getoond. Niet enkel de verbinding tussen de beamer en de ultrabook was niet compatibel, maar ook met de Office-versie had ik hetzelfde voor. 

Nou ja, dan ging het maar wat sneller vooruit en dan zou ik het einde misschien wel halen. Niet dus. Alweer was de belangstelling van de toehoorders groot, hoewel ze met minder waren. Na afloop ging het eigenlijk nog even door met enkele geïnteresseerden buiten de zaal. Geslaagd dus, wat mij betreft, maar eigenlijk is het oordeel aan de toehoorders (zoals Belle).

Conclusie

Die is kort: volgend jaar graag opnieuw. Of er weer een lezing volgt, dat hangt van de organisatie af. Zo ja: leuk. Zo neen, dan heb ik meer tijd om er zelf bij te wonen en om andere zaken uit te proberen. Het fatbike circuit van 6 km bijvoorbeeld, of de toer door de streek. Eén ding hoop ik wel: dat het beter weer zal zijn. Fietsen uitproberen is leuker onder een blauwe hemel en bij een aangename temperatuur.
En ja: respect voor de organisatie. Zo'n evenement op poten zetten is een hele klus. Dat er dan hier en daar iets de mist in gaat, is heel begrijpelijk. Het geheel is, wat mij betreft, heel erg meegevallen.

donderdag 18 juni 2015

Tweedehandse E-Orca - update (24 juni)

De voormalige eigenaar liet me net weten dat zijn E-Orca verkocht is!

Neen, niet de mijne, maar die van een kennis. De E-Orca verkeert in perfecte conditie en heeft heel weinig kilometers. Een mooie kans voor wie zoiets zoekt. De kleur is dezelfde als de mijne, dus er hoeven geen specifieke afbeeldingen bij.

De configuratie is nog iets uitgebreider. De voornaamste verschillen:
  • recenter en uitgebreider display voor de ondersteuning (V2)
  • stevig slot
  • hoogteinstelling koplampen
  • carbon wielen
  • velomobieltassen
  • gps tracker
Dit is de omschrijving:

Verkoop wegens nakende verhuis naar het buitenland.
Velomobiel E- Orca - 1 jaar oud - < 2000 kilometer!!

Flevobike Orca wit/ zwart met dakje
Versnellingen: Rohloff speedhub 500/14
Elektrische ondersteuning met LiFePo4 Accu (38,4V 13,2Ah)
Luxe V2 display E- assist
Luxe verlichting set Orca 4x3 LED incl NiMh accu 6V 4,1 Ah + USB voeding
Hoogte instelling koplamp
90mm trommelremmen
Carbon composiet gietwielen
Schwalbe Tryker 40 – 406 banden
(+ 3 reserve banden Tryker & 1 Schwalbe Energizer band & 2 reserve binnenbanden)
SPD/ combi PD-M324 pedalen
Velomobieltas links en rechts
Bagagenet staart Orca
Orca bodemmatten Ventisit 1cm
GPS tracker
Parkeerhoes Orca
Hoogwaardig slot
Huidige nieuwprijs van deze configuratie > € 11600

http://www.flevobike.nl/


De advertentie vind je hier.

woensdag 17 juni 2015

CV voorbereiden

Het komt er eindelijk van: dit jaar ga ik naar Cycle Vision. Elke keer dacht ik: "ja, ik wil er wel naartoe," maar elke keer weer kwam er iets tussen. Vooral: CV viel telkens tijdens de examenperiode van de kinderen.

Deze keer is de oudste al afgestudeerd en de jongste zijn examens eindigen op donderdag 18 juni, dus dat is geen bezwaar. Daarenboven kreeg ik vanuit de organisatie het verzoek om een lezing te geven. Dat kon ik niet afslaan, dus vertel ik over "en daarom rijd ik met een Orca". Redenen genoeg om te gaan.

Venray ligt op 200 km van Gent en dat is met de Orca mooi haalbaar op één dag. Zoals ik al vaker deed, zal ik ook deze keer kamperen: de inschrijving hiervoor is al achter de rug. Misschien slaag ik er voor het eerst in om die 200 km grens te overschrijden. Tot nu is de langste dagafstand 193 km (vorige zomer, van de omgeving van Mont Saint-Michel naar de Morbihan, in het zuiden van Bretagne).

Wat nu rest, is CV voorbereiden.

De trip en het kamperen voorbereiden, houdt niet veel in: gewoon de checklist aflopen en alles klaarleggen en inpakken. Hier en daar rest wat twijfel, zoals: welke tent neem ik mee?
Wordt het deze?


Of hou ik het wat bescheidener?

 
De eerste is ingepakt ongeveer zo groot als de Orca, dus die keuze is niet zo moeilijk.
De dikke of de dunne slaapzak?





Tja, zondag wordt het zomer en die dikke neemt zowat de hele bagageruimte in. Ook weer niet zo moeilijk.
 

Hoogstwaarschijnlijk wordt het de uitgebreide reisconfiguratie, met de Radical Cyclone. Dat geeft net wat meer ruimte om de spullen mee te nemen. Daarenboven kan ik er makkelijk de wielen afhalen, waardoor de fietskar getransformeerd wordt in een reistas.

De andere voorbereiding is het gevolg van de uitnodiging: de lezing dient voorbereid te worden. Dat is geen routine, want het is voor mij een eerste. Wat kan en zal ik vertellen, hoe pak ik het aan? Dat is mijn kant. Hoeveel volk zal er zijn? Wat verwachten de toehoorders ervan? Dat is de andere kant. Spannend...

Ook om naar uit te kijken zijn de vele ontmoetingen met andere bloggers, met velomobielrijders, ligfietsers, ... Ik vrees dat twee dagen te kort wordt, vooral omdat mijn lezingen telkens midden in de dag vallen (vanaf 12u30 op zaterdag en vanaf 13u30 op zondag). Kom maar naar het Wielercafé (zaterdag om 12u30) of de Velozinezaal (zondag om 13u30), zodat ik het niet aan mezelf moet vertellen. Dat is niet zo interessant, want ik weet het allemaal al...
Tussendoor wil ik de streek nog even verkennen, waarbij ik twijfel tussen de 55 km-tocht (meer zekerheid om tijdig terug te zijn voor mijn eigen lezing) of de 82 km (beetje meer streek bekijken). Wie weet, wil iemand mee rijden.

Tot op CV!

dinsdag 16 juni 2015

Schwalbe Tryker (en Energizer Plus) - bedenkingen

Op de Alleweder gebruikte ik al Trykers en de E-Orca werd, op mijn verzoek, geleverd met diezelfde banden. Ondertussen zijn we al enkele jaren verder en ik probeerde tussendoor ook andere banden, zoals Schwalbe Marathon, Hutchinson Greenville, ...


Marathon (ook Marathon Greenguard genoemd)
Hutchinson Greenville 35-406
Loopvlak van de Greenville



De huidige bandenconfiguratie op de Orca bestaat uit Trykers vooraan en een Schwalbe Energizer Plus achteraan. Die laatste heeft er nu 6000 km op zitten en ziet er prima uit. Die raakte ook nog geen enkele keer lek.

Tryker

Onlangs maakte ik een flinke trip (de fronttoer), waarbij ik tweemaal lek reed. Eén keer rechts en één keer links. Toen ik nadien de banden controleerde, bleek de oorzaak telkens dezelfde: een scherpe, naalddunne steensplinter had zich door het loopvlak gewerkt.

De Tryker die ik laatst controleerde, zat vol kleine steentjes die zich door het rubber aan het vreten waren. Da's niet zo goed, natuurlijk. Jammer, want voor de rest voldoen die banden aan al mijn vereisten.
Ze rijden comfortabel. Dat wil zeggen: stil en trillingsvrij.

Stil: dit moet je zien in vergelijking met een Marathon of de Hutchinson Greenville. Vermoedelijk ligt het aan het profiel, maar vooral bij de Marathon viel me op dat die zoemt. Het koetswerk van een velomobiel versterkt dat geluid. Op zich is het niet erg, misschien, maar met een Tryker ontbreekt dat volledig. Omdat een velomobiel nu eenmaal luidruchtiger is dan een open fiets, vind ik het belangrijk dat je zoveel mogelijk bronnen van parasietgeluiden elimineert.

Ook trillingsvrij is in vergelijking met de andere banden. Waarschijnlijk ligt dit dan weer aan het feit dat de wangen van de Trykers heel wat soepeler zijn, waardoor ze de hoogfrequente trillingen van de weg (klinkers, tegels, keitjes in het asfalt, ...) beter wegfilteren. Uiteraard zijn dit niet de enige banden die op die manier opgebouwd zijn: wellicht de hele "race"-lijn van Schwalbe volgt dat concept, want het spaart gewicht uit.

Natuurlijk is de wegligging ook van belang. Bij het rechtdoor rijden voldoet zowat elke band hieraan, maar in bochten valt het op dat de zijdelingse stabiliteit van de Trykers prima is. Met andere banden heb ik de ervaring dat ze kunnen wegglijden of gaan dribbelen. Niet met de Trykers.

Wat rolweerstand betreft, kan ik geen oordeel vellen. Dat moet op een objectieve manier gemeten worden. In principe moet dat kunnen door telkens op dezelfde manier van een helling af te rollen. Daar heb ik geen behoefte aan. Je krijgt van mij geen oordeel hierover dus. Enkel dit: het lijkt ook op dit vlak voldoende te zijn.

Trykers zijn vouwbanden en in het verleden signaleerde ik enkele keren een exploderende binnenband.


Op reis, in Normandië
Jawel, ook met de Marathon viel dit voor. Het lag dus niet aan de Tryker
Flevobike bezorgde me vorige maand, in garantie, een velg, waarna ik de oude terugstuurde. Die bleek af te wijken van de norm (iets te klein), wat vermoedelijk de oorzaak is van het aflopen van de band. Ik kan dus niet zeggen in hoever het feit "vouwband" hier een rol in speelt. Wat elke keer gebeurde, was dat de buitenband van de velg afliep, waardoor de binnenband plots heel sterk uitzette en dus ontplofte.


De binnenband na de explosie
Het grootste nadeel is de lekgevoeligheid (zie verder).

Specificaties van de Tryker volgens Schwalbe:

Grootte:                ETRTO 40-406 (20 x 1.50 Inch)
Typ:                      Folding
Rubbermengsel:   Endurance
Uitvoering:            RaceGuard
Kleur:                    Black-Reflex
Skin:                     Lite
Gewicht:               320 g (11 oz)
Bandenspanning: 4.00 - 6.00 Bar (55 - 85 psi)
Max. belasting:     73 kg
EPI:                      67

Daarnaast is er redelijk wat ervaring met de Marathons. Zoals je uit de commentaar hierboven kunt afleiden, scoren ze (wat mij betreft) duidelijk minder op het vlak van rijgeluiden en trillingen. Ik vermoed dat de stijvere zijkanten hiermee te maken hebben (trillingen) en dat het profiel verantwoordelijk is voor het zoemen.

Positief is dan weer dat ik er slechts één lek mee had. Qua lekzekerheid scoren ze duidelijk hoger. Aan het profiel te zien, zal de levensduur ook beduidend meer zijn.

Specificaties van de Marathon volgens Schwalbe:
Grootte:                ETRTO 40-406 (20 x 1.50 Inch)
Typ:                      Wired
Rubbermengsel:   Endurance
Uitvoering:            GreenGuard
Kleur:                    Black-Reflex
Skin:                     Twin
Gewicht:                530 g (19 oz)
Bandenspanning:  4.00 - 7.00 Bar (55 - 100 psi)
Max. belasting:      80 kg
EPI:                       67

Onlangs nam ik de laatst lek geraakte Tryker onder de loep. Uit het loopvlak, over de hele breedte, haalde ik tientallen kleine steentjes. 

Je kunt het uit de tabellen van Schwalbe al afleiden: de antileklaag is niet dezelfde als bij de Marathons en dat heeft duidelijk gevolgen. De lekken deden zich ook allebei voor tijdens de fronttoer, waarbij ik een heel eind - 13 km - over een gravelpad reed. De voorlopige, voorzichtige conclusie is dat Trykers eigenlijk uitsluitend voor asfaltwegen geschikt zijn (gras en aarde kunnen ook wel).
 
Loopvlak van een Tryker
Daarnaast zat het loopvlak vol kleine sneetjes, waarvan één volledig tot aan de binnenkant ging.



Dat moet liggen aan het feit dat het een slick betreft, want het rubbermengsel is (volgens de gegevens) hetzelfde bij beide banden. Op de zijkanten kwam stilaan het weefsel aan het oppervlak. De rubberlaag moet daar dus flinterdun zijn. Dat zorgt mee voor het lagere gewicht van de band en de soepelheid van de wangen, maar het beperkt wel de levensduur.

Conclusie voor de Tryker: "mixed feelings". Op comfortvlak en wat betreft rij-eigenschappen, zijn ze tot nu het beste wat op de Orca lag, maar ze zijn kwetsbaar. De Hutchinson Greenvilles zijn smaller en daardoor minder comfortabel, terwijl de Marathons beter scoren op het vlak van levensduur en lekgevoeligheid, maar te luidruchtig zijn en teveel trillingen geven.

Een ander voordeel van de Tryker is dat het een prima reserveband is: een vouwband neemt nu eenmaal minder plaats in.


Energizer Plus

Al 6000 km ligt achteraan een 47-406 Energizer Plus van Schwalbe op de E-Orca. 



Volgens mijn log monteerde ik die in oktober 2014. Met deze band ben ik echt gelukkig. Hij doet wat hij moet doen op een onopvallende manier. Geen lekken, geen onverwachte bokkensprongen, geen sterke rijgeluiden, ... Het loopvlak ziet er nog prima uit ook: geen sneetjes, geen putjes, niks van dat alles. Natuurlijk is na 6000 km de diepte van het profiel wat verminderd, maar deze band moet toch minstens 10.000 km meegaan.

Als achterband doet de Energizer het perfect. Daar is de functie natuurlijk ook anders, want het achterwiel zorgt voor de aandrijving, dus is er flink wat grip nodig om doorslippen te voorkomen.
Jammer genoeg kan de Energizer niet vooraan, want in 406 bestaan ze enkel in 47 mm en vooraan ben ik beperkt tot 42 mm.