Gebaseerd op mijn shortlist selecteerde ik drie troonpretendenten:
- de eWAW
- de eOrca
- de elektroMango
En kijk: kort na de aankondiging kreeg ik een vriendelijke uitnodiging van Gert Jan Reilink. Hij ging bij Sinner zijn Mango afhalen. Indien ik zin had, kon ik meerijden en meteen de elektroMango (elektrango) proberen. Daar zeg je niet neen op: Groningen is een flink eind rijden en met z'n tweeën is het toch net wat aangenamer om die zes uren te overbruggen.
Goed. De elektroMango dus. Mijn referenties op dit moment zijn (natuurlijk) eFAW en dan de eWAW (Foxy).
Het uiterlijk
De Mango op zich is een bekende binnen het VM-wereldje. Uiterlijk is het een voertuig dat veel meer aansluit bij de Alleweder dan de WAW. Ook het basisconcept lijkt er meer op: zelfde wielbasis, zelfde stuurprincipe, zelfde ophanging (maar dan wat actueler en nu met Rissedemper achterin). Niet identiek, maar duidelijk op dezelfde leest geschoeid. Het grootste uiterlijke verschil is een stroomlijn die gemaakt is uit glasvezel/epoxy, waar - zoals gekend - een Alleweder 2 beschikt over een aluminium huid.
Qua vormgeving wint de WAW zonder twijfel: zelfs stilstaand lijkt dit een volbloed. De Mango is wat dat betreft banaler. Het blijft een velomobiel, dus ook de Mango doet hoofden omdraaien, maar om andere redenen. Mensen kijken omdat een VM een weinig gekend gegeven is en niet omdat een Mango er bloedsnel uitziet. De bolle neus en afgeronde vlakken zijn puur functioneel en vermoedelijk makkelijker te produceren in een mal, maar maken de fiets tegelijk anoniemer. Een WAW oogt als een sportwagen, een Mango valt eerder te vergelijken met een comfortabele compacte monovolumer.
Ik word er niet warm of koud van: dit is een puur functioneel ontwerp. Maar daar gaat het niet om, wel om hoe de VM rijdt en of die voldoet aan mijn eisen.
De binnenruimte en afwerking
De Mango die Sinner voor mij klaargezet had, was een Mango Sport, die nauw aanleunt bij de originele mal. Het nadeel is dat die minder ruim is dan de + of de Tour: achteraan, achter het zitje, is de Sport namelijk wat smaller. De "rugzakproef", waarvoor de WAW gezakt is, maakte dit duidelijk. Die rugzak - die ik dagelijks gebruik om de spullen naar het werk mee te nemen - kon nog net in de Sport. Geslaagd dus, maar net. De andere varianten zijn achteraan wat ruimer en voldoen dus beter op dat vlak.
Qua afwerking valt er niets op aan te merken. Geen scherpe randen, netjes in de lak, de instapopening mooi afgewerkt en in het interieur zag ik ook niets fouts.
Tegelijk is er weer iets waar Fietser uniek bij is: in Foxy was de binnenkant extra luxueus. Bij de WAW kun je opteren voor een afwerking met akoestisch vilt, wat vooral de fiets stiller maakt, maar tegelijk voor een heel ander gevoel zorgt. Toch heb ik de indruk dat de Mango heel wat stiller is dan de WAW.
In de Mango kijk je tegen glasvezel aan, net zoals eFAW binnenin bloot aluminium is.
De techniek
Aan de linkerkant voor het zitje bevindt zich het paneel met de schakelaars voor de verlichting. Zo op het zicht zitten de schakelaars nogal willekeurig verspreid, maar er zit heel wat op: dagrijlichten, gewone lichten, mistachterlicht, ... De boordcomputer is netjes verlicht door een led. Aan de rechterkant zit wat extra: daar is de accu tegen de wielkast geplaatst en wat verder naar voor zit de bediening voor de motor: aan/uit-schakelaar, instelling van de mate van ondersteuning (in drie stappen) en aanduiding van de lading door middel van een rij leds.
Op die manier kan het stuur heel eenvoudig gehouden worden: enkel een bar end shifter, de remhendel, een koordje voor de (wettelijk verplichte) bel en twee schakelaars voor de knipperlichten en de claxon.
De remhendel is ook al een verder ontwikkelde versie van wat in eFAW zit: de grendel voor de parkeerrem is met een veer uitgevoerd. Je moet maar even aan de hendel trekken en de parkeerrem ontgrendelt. Ook is een sensor voor het remlicht ingebouwd. Het enige wat ontbreekt, is een houder voor de gps. Dat is dan ook alles wat ik kon bedenken. Voor de rest zit er echt alles op, zonder zichtbare bedrading waar je aan kunt blijven haken.
De aandrijving is een mooi systeem: er wordt gewerkt met een tussenas, waardoor de versnellingen helemaal binnen de stroomlijn en dus mooi afgeschermd zitten. De hele aandrijflijn is trouwens mooi beschermd door glasvezel/epoxy panelen, die met klittenband vastgezet worden.
De elektro-aandrijving is bij Sinner anders aangepakt dan bij Fietser: de WAW gebruikt hetzelfde principe als wat ik in eFAW toepas. Daar zit een (Cyclone) elektromotor voorin gebouwd, die het voorste tandwiel aandrijft (wel met een freewheel) en die met een gashendel bediend wordt. Sinner bouwt een Sunstar S03 motor in: dit is een equivalent van de Bosch en Panasonic motoren die je op de betere elektrische fietsen vindt. De motor is rechtstreeks met de trapas verbonden en er wordt met een koppelsensor gewerkt.
Het voordeel is duidelijk: dit is een eenvoudig systeem (bracketas eruit, motor er omheen bouwen) met als nadeel dat je vooraan maar van één tandwiel gebruik kunt maken.
Interessant is dat Sinnerbikes een naafdynamo (Shimano DH-3N80) op de tussenas als optie aanbiedt. Daar hou ik van: voor essentiële zaken zoals verlichting ben je dan niet afhankelijk van batterijen. Die hebben de onhebbelijke gewoonte leeg te raken op het minst gepaste moment, zoals 's morgens als je op het punt staat naar het werk te vertrekken. Mooie optie, dus.
De volgende post: rijervaring met Elektrango.