zondag 28 september 2014

evaluatie: de E-Orca na dik 10.000 km (3)

Een langere lijst wordt gevormd door de voordelen, anders zou ik deze keuze nooit gemaakt hebben.

Die voordelen zijn gedeeltelijk subjectief: als je graag tijd steekt in onderhoud, is bijvoorbeeld een niet-afgeschermde ketting geen probleem. Wil je de onderhoudstijd minimaliseren, dan betekent een gesloten kettingkast een voordeel. Sommige voordelen zijn er ook enkel in functie van prioriteiten. Zoals in de vorige post al gesteld: primeert snelheid boven alles, dan is de Orca een foute keuze. Wat je kiest, doe je in functie van het gebruik. Wie met de auto (of trein, of...) naar het werk gaat en de velomobiel recreatief gebruikt, vindt wellicht andere zaken belangrijk dan wie hem als vervanging van diezelfde auto ziet.

De afwerking kan amper of niet beter. De ketting is volledig afgeschermd, waardoor je er geen omkijken naar hebt. De hele besturing is onder een brug weggewerkt, waardoor ook die beschermd is tegen alle vuil. Er is in het interieur niets te vinden dat olie- of vetvlekken op je kleding kan nalaten.





De gebruikte componenten zijn allemaal van topkwaliteit. Een Rohloffnaaf  hoef je op dat vlak absoluut niet te verdedigen. Maar ook in details merk je dat: de KMC X1 ketting is quasi onverwoestbaar (ik meen me te herinneren dat je er 50.000 tot 80.000 km mee moet kunnen doen in een Orca, zonder enig onderhoud), voor de boordspanning is een 12V, 6,75 Ah LiIon accu gebruikt met led-aanduiding van de resterende lading (dit is een optie: standaard is het 6V), de lichtschakelaars zijn oerdegelijk, ... Ook de kunststof wielen zijn onderhoudsvrij: geen spaken om aan te spannen, geen oxidatie mogelijk. Een Orca is "bombproof", zoals het heet.

Ook de materiaalkeuze en de toepassing ervan is degelijk. De onderste helft in Twintex is quasi onverwoestbaar. Je hoeft niet te kijken waar je je voeten neerzet in je velomobiel en als je ergens tegenaan komt, veert dat materiaal gewoon in. Geen gelcoat die beschadigd kan worden, geen lak om te schrammen, geen broze huid die barst. De bovenste helft, die gekleurd is, is gemaakt van meerdere stukken uit glasvezel/epoxy. Doordat er verschillende delen zijn, is het relatief eenvoudig om een eventueel beschadigd stuk te vervangen.

De draaicirkel van 6m tussen muren maakt een Orca ongelooflijk wendbaar. Maak daar met een Quest maar het dubbele van. Ik ken geen enkele andere velomobiel die zo'n kleine draaicirkel heeft. In een normale straat kun je dus in één beweging keren. In een stadscentrum of de stadsrand is dat zeer handig. Ook op Vlaamse vrijliggende fietspaden, met geregeld bochten met een extreem kleine radius, is een korte draaicirkel mooi meegenomen.

Het deksel maakt het in- en uitstappen erg makkelijk (en is wellicht mee een reden voor het hogere gewicht) en hierdoor is ook de bagageruimte vlot toegankelijk.


Grote bagageruimte, met twee niveaus (bagagenet is optie)
Dat deksel maakt een Orca ook erg uitnodigend om te proberen. Het is al vaker gezegd: als een groepje velomobielen ergens staat, zal de Orca (of Versatile) de eerste zijn waar mensen in willen zitten. Dit maakt ook dat hij bruikbaar is voor de minder sportieven onder ons. Het blijft natuurlijk een HPV, dus je moet trappen, ook met ondersteuning.
Doordat er geen ketting door de binnenruimte loopt, hoef je je ook om de bagage geen zorgen te maken.
Het (optionele) bagagenetje maakt dat die bergruimte erg praktisch ingedeeld is.

Alle bedieningen zitten op logische plaatsen, wat het rijden (na enige gewenning) zeer intuïtief maakt. De bediening voor knipperlichten en claxon zitten precies op de goede plaats, de lichtknoppen ook. Schakelen met de grote draaigreep gaat ook makkelijk. Alles wat moet zit binnen handbereik en je hoeft de stuurknuppels zelfs niet los te laten.



De keuze voor de aerodynamisch minder gunstige rompvorm is er uit praktische overwegingen: door de hoogte is een Orca goed zichtbaar in het verkeer. Je zit zelf ook hoger, wat het perspectief net wat anders of beter maakt.

De beperkte lengte maakt dat hij in de garage of op een parkeerplaats niet veel ruimte nodig heeft. Vergelijk die 2,43m maar eens met de 2,85 van een WAW of Quest! Goed: een Mango is dan weer even kort.

Het Flevobike zitje bestaat in meerdere maten: zowel voor het zitdeel als de rugleuning (spanzitting) kan gevarieerd worden. De zithoogte is in drie standen mogelijk (door middel van alu stelblokjes), de afstand tot de trappers is traploos instelbaar, de helling van het zitgedeelte is ook te regelen, net als de helling van de rugleuning. Die spanzitting is, wat mij betreft, ook een voordeel omwille van de ventilatie. Je kan argumenteren dat je daarmee minder zijdelingse steun hebt, maar gezien de bezadigde natuur van de Orca is dat niet echt een bezwaar. De ergonomie is dus in het geheel erg doordacht.

Een velomobiel dient in de eerste plaats om mee te rijden. Waar de Orca niet de snelste is, maakt hij dat ruimschoots goed door het comfort (6 cm veerweg vooraan en de veervoorspanning achteraan is traploos instelbaar) en het rijgemak. Met een kruissnelheid, bij mij, van 35 km/u is hij ook weer niet traag te noemen. Ook de wendbaarheid speelt hierin een grote rol. (Voor nieuwelingen: bedenk dat zo'n kruissnelheid het gevolg is van training. Dat haal je waarschijnlijk niet bij een langere testrit als je geen velomobielspieren gekweekt hebt.)

Heel wat praktische details maken duidelijk dat hier grondig over nagedacht is. Zo lees je bijvoorbeeld over de Quest en Strada dat je niets ziet op de grond als het dichterbij is dan 6 of 7 m. Bij de Orca zal dat eerder 3m zijn (niet nagemeten)... De parkeerrem op het achterwiel (keramisch gecoate trommel) brengt dan misschien weer extra gewicht op de schaal, maar het maakt dat je de velomobiel aan de achterkant kunt optillen (er zit een lus op daarvoor) en ermee kunt manoeuvreren terwijl de rem opstaat.
De accu voor de ondersteuning kreeg een plekje voorin, waardoor ook geen bagageruimte verloren gaat. Die accu is trouwens vergrendeld, zodat hij er niet zomaar uitgehaald kan worden.
Voor de Radical trekhaak is een plek voorzien: simpelweg een stukje plastic eruit halen en de trekhaak met een bout vastzetten.
Zo zijn er nog heel wat kleine dingen die het rijden aangenamer maken; te veel om op te noemen.

Ook de stuurknuppels zitten op een prima plaats. De enige andere velomobiel met dit systeem waar ik (een beetje) ervaring mee heb is de WAW. Daar zitten de knuppels (en het zitje) dan weer veel dichter bij de bodem. Het gevolg van dit verschil is dat je in een Orca nog behoorlijk wat bagageruimte hebt naast (en onder) het zitje, waar die plaats bij de WAW niet beschikbaar is. Dat is van geen belang voor wie recreatief gaat rijden (even over en weer naar de Vlaamse Ardennen, op zondagmiddag over een jaagpad gaan sjeezen), maar voor boodschappen, reizen en dagdagelijks gebruik maakt het wel een verschil. Bij mij zit links, binnen handbereik, een tas met herstelkit en allerlei spullen zoals een zonnebril en rechts ligt het fototoestel. Anderzijds: bij elke velomobiel met helmstokbesturing heb je die plaats ook ter beschikking.

Ook de minimale nood aan onderhoud is belangrijk. In mei reed ik naar Dronten voor een eerste nazicht en om enkele zaken te verbeteren (een defecte led in een knipperlicht, bijvoorbeeld). Nadien bleef het onderhoud beperkt tot oppompen en wisselen van banden en het bijladen van accu's (boordspanning en vooral ondersteuning). Meer niet. Geen ketting smeren, geen derailleur bijstellen, geen speling.
Goed: tijdens de lange reis sneuvelden enkele knoppen (knipperlicht rechts en claxon), maar dat was mijn eigen fout. Ik wist dat het kon gebeuren en had de andere al liggen, dus dat kan ik de Orca niet aanwrijven.
Als er dan toch wat nodig is, is het interieur vlot toegankelijk door de grote opklapbare klep.
Ook de keuze voor 3 dezelfde wielen valt hieronder: ik heb welgeteld één reserve buiten- en binnenband mee en die kan zowel voor- als achteraan gebruikt worden.

Het gebruik van een subframe is het gevolg van de keuze voor Twintex voor de onderkant: dit is niet stijf genoeg om de romp zelfdragend te maken. Dat subframe doet wellicht dienst als veiligheidskooi (wens ik niet uit te testen) en het is ook erg handig: alle toebehoren dat op een stuur geklemd kan worden, past ook op dat frame. Zo monteerde ik de gps (Garmin Oregon 450) en de Cycle Analyst erop.


Oregon 450 gemonteerd op het subframe (met RAMmount materiaal)
Cycle Analyst 2.3 op het subframe (met meegeleverde houder)
Op de laatste foto zie je voor/onder de CA (Cycle Analyst) trouwens de LiIon accu voor de boordspanning en links de accu voor de ondersteuning.
Flevobike gebruikt het frame ook heel slim: alle bedrading wordt erdoor gehaald, waardoor een erg net en opgeruimd interieur mogelijk is. De bedrading rechts op de foto lijkt dat tegen te spreken, maar die komt van de CA, die ik zelf monteerde. De witte kabel was een tijdelijke usb-verbinding naar een smartphone.

Voortdurend merk je aan allerhande details dat overal over nagedacht is. Alles zit waar het moet zitten, werkt zoals het moet werken, ...

Nogmaals: het gaat niet om het vergelijken met andere velomobielen, want daarmee heb ik amper of geen ervaring. De voornaamste referentie is de stokoude Flevobike Alleweder, die de Orca voorafging. Voor- en nadelen zijn ook subjectief. Een laag zwaartepunt is bijvoorbeeld een voordeel, maar het betekent meestal een beperkter uitzicht omdat het zitje lager zit. Een langere, lagere en smallere romp leidt tot een snellere velomobiel, maar kort, breed en hoog is dan weer praktischer.

In een laatste bericht hierover probeer ik te beoordelen of ik nog altijd achter mijn keuze voor de Orca sta.

4 opmerkingen:

  1. Ik vind dat je groot gelijk hebt als je zegt dat bij een velomobiel de snelheid niet bij elk model en diens gebruik moet primeren.

    In een stad op stadsfietspaden heb je het meest aan een velomobiel met zo volledig mogelijke weersbescherming die gemakkelijk 25 km/u kan halen - nog altijd 10 km/u sneller dan de meeste fietsers daar rijden - en over een goede vering beschikt gezien fietspaden van erg wisselende kwaliteit en opervlakstructuur zijn. Een korte bochtstraal helpt in het manouvreren op plaatsen die gemaakt zijn voor normale fietsers.

    In bovenbeschreven situatie zijn supersport velomobielen op zijn minst onhandig. Niet voor niets gaan die - door een gebrek aan comfortabele vering en onvoldoende stuuruitslag - liever op de autorijbanen rijden waar ze weer afgestuurd kunnen worden ( DAT staat OOK in dat artikel van >75 cm en > 2 wielen, als de agent vind dat je op het fietspad moet rijden moet je daaraan gehoor geven ) en in sommige gevallen door uitspraak van een rechter niet eens mogen rijden ( zoals de Lelystadse dreven ) of vooral bij supersport velomobielen niet eens breed genoeg zijn om aaan de > 75 cm regel te voldoen !

    In feite heeft men dan een ontwerp gemaakt dat alleen geschikt is voor autorijbanen en circuits en dat is geen velomobiel voor algemeen gebruik ( in Nederland dat is ) In Duitsland ligt dat anders omdat velomobielen daar wel op de autowegen rijden door het veelal ontbreken van fietspaden, daarom zijn supersport velomobielen ook vaak Duitse velomobielen ( of ontworpen door Duitsers hehe )

    Een zo hoog mogelijke snelheid is dus geen juiste overweging voor een goede velomobiel.

    Ligt je route voornamelijk buiten de bebouwde kom zal te ontwikkelen snelheid aan een bepaalde inspanning wel weer belangrijker worden - grote afstanden afleggen duurt minder lang als je sneller kunt fietsen - maar in Nederland is dat toch voornamelijk op het fietspad of over landwegen dus comfortabele veerweg en banden blijven belangrijk.

    Dat gezegde hebbende kunnen de af te leggen afstanden in Duitsland ook wat groter zijn en het terrein wat geaccentueerder. Dat legt een sterkere nadruk op lichtgewicht ( veel klimmen op heuvels ) en snelheid. Het rijden op autobanen laat die snelheden ook makkelijker toe, en het rijden met weinig/geen vering.

    Een goede velomobiel voldoet aan de eisen die je er aan stelt en de omstandigheden die je ondervind op je rij routes. In mijn geval is dat toch echt een Mango/Strada/Orca maar de Quest kan er rijden zij het niet optimaal. Een Duits model velomobiel in Nederland is volgens mij alleen nuttig als je hoog wilt eindigen bij snelheidswedstirijden...wat ook een gebruiksdoel is uiteraard.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. In Vlaanderen/Belgie ontbreken vaak ook fietspaden wat zou kunnen betekenen dat de Duitse situatie meer gaat gelden en Duitse velomobiel ontwerpen meer geschikt worden dan in de Nederlandse situatie. Dat kun jij beoordelen en ik niet. Wel lijkt het erop sinds de WAW met composiet achtervering is uitgerust dat die ook niet ontworpen is voor fietspadoppervlakken. Maar wel wendbaarder is.

      Dan ook weer heet de Belgische weg slecht onderhouden te zijn. Iets wat ik deze vakantie met de caravan heb ondervonden in Franstalig Belgie/Wallonie. De weggesteldheid veranderde onminddelijk van een ware putten hel naar een glad asfalt paradijs eens de grens van Luxemburg met 1 m was overschreden....

      Als dat ook opgaat voor de velomobiel routes zou je zweren dat velomobielen in Belgie uitgerust zouden moeten zijn met een lange veerweg die dat soort oneffenheden voor een groot deel absorbeert.

      Verwijderen
    2. Hoi Jan,

      Ik vind eigenlijk de meeste velomobielen wel mooi, maar ik vind om precies de redenen die je noemt de Orca er in positieve zin uitspringen. Er is bij het ontwerp heel erg uitgegaan van gebruiksgemak en onderhoud. De voorganger van de Orca (de Versatile) heeft om die reden lange tijd op mijn verlanglijstje gestaan. Om kostentechnische redenen ben ik later toch een A7 gaan rijden. Die fiets heeft een beetje de zelfde "formfactor". Ongeveer even groot, draaicircel ongeveer even groot, en eveneens zeer ruim. Kwaliteit ietsje eenvoudiger uitgevoerd. Waar ik een beetje tegenaan liep was het toch wel wat hoge gewicht van de fiets van 34 kg. Nu geldt voor de meeste velomobielen dat deze rond deze gewichtsklasse zitten.
      Nu had ik inmiddels het plan opgevat om met de Fiets naar Italie te gaan fietsen, en weer terug en heb toen besloten dit om die reden niet met de A7 te gaan doen. Ik ben gaan zoeken naar een lichtere fiets, waarbij Quest, Strada, Leitra, Mango, Alleweder, Orca en noem ze maar op afvielen. De WAW leek over te blijven, in RAW variant van (25 kg). De WAW vond ik echter erg duur (9000 Euro), en voor dat bedrag zeer matig afgewerkt. Dit is overigens inmiddels helemaal tiptop met het nieuwe model. En toen kwam de Evo-K in beeld. Deze fiets was maar net meer dan 20 kg en top afgewerkt, en bovendien ook nog goedkoper dan de WAW.
      Proefgereden, besteld, 15 weken wachten en dan de fiets ophalen.
      Toen ik de fiets eenmaal had bleken hierbij de woonwerkfiets kwaliteiten toch wel erg goed te zijn. Hoewel de fiets door Quezzzt als een supersportfiets wordt betiteld, waarmee je inderdaad zeer hoge snelheden kunt halen, blijkt het, buiten dat, verder ook een superfiets te zijn. Het blijkt namelijk dat als je langzamer trapt, o verassing, je ook langzamer kan fietsen :-), maar dan met nog minder inspanning. De veerwegen zijn goed. Bodemvrijheid ook. De voorste veerpoten zijn afkomstig uit Nederland, en achteraan een veerpoot met lucht , en hydraulische demper. supercomfort!!. Het lage gewicht, in combinatie met het lage zwaartepunt maakt dat het stadsverkeer veel aangenamer is. Het is mogelijk om met bijna dertig door een toch wel redelijk haakse bocht te rijden. Veel optrekken (stoplichten, obstakels) is door het lage gewicht een fluitje van een cent. De draaicircel is groter dan die van een strada, maar kleiner dan een Quest. Bagagecapaciteit is ook best wel ok, er ging een volledige kampeeruitrusting mee naar Italie, al moet worden aangetekend dat ik goed heb gezocht naar een compacte uitrusting, waardoor de totale bagage excl bidonnetjes 10 kg woog, waarmee de fiets nog steeds lichter was dan een (gemiddelde) lege andere velomobiel.

      Waarom zou ik dan toch kiezen voor een Orca. Naast de kwaliteiten van de Orca zelf zou ik hierin ook de bouwers van de Orca willen betrekken in de overweging. Prettige mensen die met je meedenken !!! Mocht er van hun kant uit in de toekomst een lichte fiets worden gefabriceerd dan staan zij zeker op de shortlist.

      Groet
      Rudolf.

      Verwijderen
    3. Wat je in het begin stelt, is wel belangrijk: qua verhoudingen en zithouding sluit de Orca erg aan bij de oer-Alleweder, net als de Alleweders van Alligt. Alleen is bij Flevobike heel erg gewerkt om alle nadelen van het originele ontwerp weg te werken. Er is bijvoorbeeld geen open ketting meer. De voordelen - compact, wendbaar en comfortabel - zijn wel behouden.
      De WAW is, voor zover ik weet, ontwikkeld als een meer performante versie van de Alleweder: langer, lager, smaller en met een strakkere wegligging. De Evo-K is dan weer veel recenter en er is goed gekeken naar wat kon verbeteren aan wat toen op de markt was. Voor zover ik begrepen heb, is de DF hier weer een verdere evolutie van.
      En je hebt gelijk: de mensen bij Flevobike willen echt meedenken en staan ook open voor bemerkingen en suggesties van hun klanten. (wat niets zegt over andere fabrikanten)

      Verwijderen