zaterdag 25 februari 2017

Eén probleem opgelost en het volgende dient zich aan

Vorig weekend plaatste ik een nieuwe trapas in zoonlief zijn vintagebike.

De fiets in de huidige toestand
Dat ging vrij vlot. Gisteren werden de cranks weer vastgezet. Dat betekent: de spieën moesten wat bijgevijld worden.



Zo'n werkje houdt niet veel in: wat vijlen, passen en nog wat vijlen. Zo ga je door tot het past.


Daarna volgde een testrit en meteen diende een volgend probleem zich aan. De trapas is enkele millimeters smaller dan de vorige. Daardoor raakte het kleinste blad de liggende achtervork. Om die reden verplaatste ik de bladen naar de buitenkant. Het probleem met dat contact was meteen opgelost en zoonlief vond het geniaal in zijn eenvoud.



De vroegere toestand
Nieuwe positie (ondertussen is alles netjes gereinigd)

Waar we niet aan gedacht hadden, is dat hierdoor de afstand tussen het buitenste blad en de crank kleiner werd. Bij het schakelen naar dat grootste blad (50 T) kwamen de voorderailleur en de crank nu tegen elkaar... Ook hier moest dus een oplossing voor verzonnen worden. Het ideaal zou een perfect passende, eventueel enkele millimeters verder uitstekende trapas zijn, maar ik was al lang blij dat ik deze had.
Dus moest een andere benadering gekozen worden. Waarom ingewikkeld maken als het eenvoudig kan: de bladen gingen er weer af en met een stevige tang werden de drie armen op de crank wat naar buiten gebogen. Met de rolmeter tegen de onderbuis aan konden we ze alle drie gelijk buigen: 3 mm extra. Daarna kwamen de bladen weer aan de binnenkant. De oplossing bleek perfect. Alles past en met afstellen van de voorderailleur kwam het helemaal goed.

Fijn fietsje overigens: vanmorgen reed ik er een tiental kilometers mee. Snelheden tussen 25 en 30 zijn zonder veel inspanning te halen.

vrijdag 24 februari 2017

Stuurmanskunst

Voor gisteren was hevig weer voorspeld: wind tot 100 km/u. Code oranje, heet dat.

's Morgens was het vooral nat: de zuidwester had ik pal op de neus en er viel toch behoorlijk wat water uit de lucht. Dat betekent dat de combinatie schuimdek en Flevobike-dakje me droog diende te houden. Verder was het een redelijk normale rit.

Na het werk, aan de fietsenstalling, was het duidelijk dat het droog zou blijven. De temperatuur was ook relatief hoog, dus het dak en schuimdek gingen in de fiets en het minivizier kwam in de plaats. Even duidelijk was dat de wind dit tot een iets avontuurlijker verplaatsing zou maken.

Onderweg hoorde ik op de radio dat we op dat moment het hoogtepunt van de storm meemaakten. Stevige rukwinden tot 100 km/u en dat met zijwind, hier en daar een luwte achter een bosje, dat samen zorgde ervoor dat ik de aandacht erbij moest houden.


Op een gegeven moment zag ik een fietser op me af komen, helemaal schuin hangend tegen de wind in, stapvoets rijdend. Sneller ging wellicht niet. Hij stopte zelfs even om een voet aan de grond te zetten, anders werd hij omgeblazen.

Met de Orca ging het aan 40 km/u, laverend tussen de afgewaaide takken waar dat kon. Krakend rijden over de takken waar het moest.


Ik hield waar het kon het midden van het jaagpad aan, want windstoten duwden me soms bijna een meter opzij. Af en toe had ik het gevoel dat het wiel aan de kant van de wind verdacht licht stuurde.

Eigenlijk is het wel gezellig zo. In de velomobiel zit je beschut en de drie wielen zorgen voor behoorlijk wat stabiliteit.

Ergens onderweg zag een kraai me aankomen en vloog op: achterwaarts, want hij kon niet tegen de wind op...

Thuis was het net wat minder: de plastic serre hing in flarden aan het frame...

woensdag 22 februari 2017

Sleutelen

Met de Orca gaat het prima, dank u. Met mij ook en met mijn fietsen evenzeer.

De aanloop

Het was zoonlief die een probleem had: de traptas in zijn vintagebike liet met steeds luider geknars horen dat een grondig onderhoud hoogdringend was.

De vintagefiets, waar ondertussen al een prachtig racestuur op zit
Dat is zo'n klus waarvan je zegt: 'ik weet wanneer ik eraan begin, maar niet wanneer het af zal zijn.' En dat betekent dat zijn reservefiets, een Trek Manhattan stadsfiets, eerst helemaal rijklaar moest zijn. Die staat al een half jaar stof te verzamelen en de verlichting deed het niet meer. De vintagebike rijdt namelijk veel aangenamer dan die Trek: een kilo of 8 minder, een efficiëntere aandrijving en een sportievere geometrie maken veel verschil.

Trek Manhattan rijklaar maken

Zaterdagochtend nam ik dus eerst die Trek onder handen. De oorzaak van de falende verlichting was snel gevonden: een eerder herstelde kabelbreuk had het weer begeven. Gevolg van parkeren in een fietsrek? Op de foto is ook te zien dat de ene kant slecht vertind was.


Veel is niet nodig om dit te verhelpen: een soldeerbout, wat soldeertin en krimpkous. Dit is een klein klusje.


Je zou kunnen denken: beter die kabel vervangen, maar de Philips koplamp is niet gemaakt om open te maken en de kabel loopt tot helemaal in de behuizing. Herstellen is dan makkelijker dan vervangen.

Gesoldeerd en afgeschermd met krimpkous
Een keer de kabel hersteld en getest was, werd alles weer met spanbandjes aan de binnenkant van de vork vastgelegd.

Hierna werden de banden op druk gezet en de Trek was weer gebruiksklaar.

Werken aan een oude fiets

Dan begon het grote werk: de bracketas (trapas) van het oude vehikel helemaal uit elkaar halen. Dit is een fiets van zowat een halve eeuw oud, dus is het nog een 'goeie ouwe', waarbij de cranks met spieën vastgezet worden.


De eerste uitdaging: komen die spieën er makkelijk uit? Ik had ze een week vooraf met kruipolie behandeld en dat had merkbare gevolgen. Zonder de minste weerstand kwamen ze met één tik uit de cranks. Dat is een meevaller, want voor hetzelfde geld zit alles muurvast.
Aan de linkerkant kwamen de contramoer en de conus(moer) in de bracketbuis heel makkelijk los en zo kon ik ook de trapas zonder moeite verwijderen.

Alles kreeg een bad in een bakje ontvetter en werd grondig afgeborsteld. Zo werd duidelijk wat de toestand van het materiaal was: niet goed. Zoonlief kwam erbij. Ik toonde hem de schade en legde de oorzaak uit: blijven rijden met een fiets met knarsende lagers is geen goed idee. Nu werden de gevolgen duidelijk geïllustreerd.


Je moet niet twijfelen waar het geknars vandaan kwam. Hierboven zie je al een duidelijke groef aan de linkerzijde (rechterkant van de as).
Een blik van dichtbij toont dat ook de cup zijn beste tijd gehad heeft.


Als je dan de kogels bekijkt, wordt het nog duidelijker: de rechterkant (kettingzijde) had een hele tijd gedraaid zonder enige smering. De kogels waren zowat kubussen geworden.


Daar kun je maar één zaak mee doen: alles vervangen. Gelukkig waren de conussen nog onbeschadigd, want dat zijn de stukken waar schroefdraad op zit en dat moet passen.

Dat vernieuwen is niet zo evident. Je moet een leverancier vinden die dergelijk materiaal nog liggen heeft. Jan heeft daar natuurlijk een goed adresje voor: de vaste fietshandelaar (Plum Gent).
Binnen de minuut kon Joris me een geschikte nieuwe as bezorgen en een doos kogels. Voor 10 euro had ik alles mee.

Het blijft spannend: er zijn heel wat afmetingen en systemen voor die oude assen. Brits, Raleigh, Japans, Frans, Italiaans, Zwitsers ... allemaal gelijkend, maar telkens verschillend. Verschillende diameters, verschillende soorten schroefdraad, linkse en rechtse draad...

Zo op het oog waren de assen zo goed als identiek, maar bij montage bleek dat het kleinste blad de achtervork raakte. Ook dat was snel opgelost, door de kettingbladen aan de buitenkant van de armen te zetten in plaats van aan de binnenkant. Eigenlijk ging het nog verdacht vlot. Tot daar.

Natuurlijk pasten de spieën niet. Die moesten wat verder afgevijld worden. Dat wordt werk voor het volgende weekend, in de hoop dat daarna alles weer loopt zoals het hoort.

De aandrijving zal vast nog tot kopzorgen leiden. De ketting is versleten, maar die vervangen betekent ook een andere cassette.
Dit is een oude fiets, weet je nog? Dus geen Shimano Freehub, maar een ouder systeem van Sachs of Huret met vijf kransjes. Daar kan geen moderne cassette op. Ik kan maar hopen dat Plum me daar ook nog aan kan helpen.
Eigenlijk hebben ook de kettingbladen hun beste tijd gehad, maar een dubbel blad (40 en 50 tanden) vinden met de juiste steek, dat wordt waarschijnlijk een mission impossible. Dat zal dus moeten blijven zoals het is, met versnelde kettingslijtage tot gevolg.

vrijdag 17 februari 2017

Interessant verlichtingsnieuws

Een aantal jaren geleden lanceerde Philips plots fietsverlichting. Lampen voor en achter, op accu of geschikt voor naafdynamo. De lampen kregen zowat overal overwegend gunstige beoordelingen en werden zelfs de maatstaf waarmee andere lampen vergeleken werden.

Eigenaardig genoeg zie je ze heel weinig. Aan een kant logisch, want de meeste fietsers lijken meer belang te hechten aan een zo laag mogelijke prijs, maar anderzijds zie je ook peperdure Supernova, SON en dergelijke.

Even plots stopte Philips de productie. Hier in huis zijn drie fietsen uitgerust met zo'n Philips dynamokoplamp, waaronder mijn Trek toerfiets. De gebruikers zijn er allemaal tevreden over.


Twee van die fietsen beschikken ook over een Philips Lumiring achterlicht. Ook dat is echt goed: niet verblindend - geen puntbron (één felle led) - en met een groot verlicht oppervlak.


Nu heeft Spanninga het concept overgenomen.

De lampen zijn hertekend, maar gebruiken dezelfde techniek en naar ik aanneem dezelfde optiek. Vermoedelijk zijn ze wat vereenvoudigd, want de prijzen zijn lager geworden. Dat is prima nieuws, aannemend dat de betrouwbaarheid gelijk blijft.
Spanninga Elips (foto: Spanninga)
Ook nu weer kun je kiezen voor accu of naafdynamo als energiebron en heb je enkele verschillende lichtsterkten. 
Spanninga Axendo 60 accuversie (foto: Spanninga)
Spanninga Axendo 80 dynamo-uitvoering (foto: Spanninga)
Nieuw is dat ook een lichtsensor mogelijk is, die schakelt tussen 'dagrijlichten' of twee Rebel leds.

De accuversies zijn bedoeld om op het stuur te bevestigen, terwijl de dynamoversies op de kroonplaat of de balhoofdbuis geschroefd worden. Ook bij Philips was dat zo.

Leuk nieuws voor velonauten: er is een 80 lux versie, specifiek voor e-bikes. Dat betekent dat je die kunt gebruiken met een 12V accu, zoals in de meeste velomobielen gangbaar is. Alleen lijken de lampen nog niet leverbaar, terwijl ze voor januari aangekondigd waren.

woensdag 15 februari 2017

Weer iets nieuws geleerd

Vanavond reed ik de vertrouwde route van het werk naar huis. Zalig weer, lekker warm, zonovergoten. Op het jaagpad was het genieten aan bijna 40 km/u. Amper andere fietsers en een flinke zuiderwind in de rug. Wat wil een mens nog meer?

Een eind verder, in Merelbeke, gaat de route over een degelijk fietspad. Dat gebruik ik wel, omdat de auto's op de rijweg 70 mogen en dat is voor mijn Orcaatje wat te hoog gegrepen. Op andere plaatsen rij ik tussen de auto's, omdat het fietspad ondermaats is en de auto's maximum 50 mogen.

Voor me ontwaar ik twee fietsers, gezellig naast elkaar rijdend. Als ik zo ongeveer 20 m achter hen ben, claxonneer ik even als verzoek om plaats te maken. Ze gaan ook netjes achter elkaar rijden.

Maar als ik de achterste fietser inhaal, ik schat een dertiger en in degelijke fietsuitrusting, hoor ik hem iets zeggen tegen mij. Ik vertraag en zeg dat ik het niet begrepen heb. Hij herhaalt: 'volgens mij is zo'n ding verboden.'
'Say again?'
'Ja, ik denk dat zoiets verboden is, meneer.'
Dat is weer een nieuwe. Dat je op een fietspad volgens sommigen niet sneller mag dan 25, hoorde ik al (toen was ik met de Seiran). Dat mensen met grote gebaren en 'ho ho' aangeven dat een Orca een levensbedreigend projectiel is (toen reed ik ook 25), dat is ondertussen al normaal. Maar 'verboden' is absoluut nieuw. Dus was de wedervraag: 'waar haalt u dat?' en toen kwam de aap uit de mouw: 'het is van horen zeggen.'
Tja, mochten we alles doen wat 'van horen zeggen is', dan is alles wellicht tegelijk verboden en verplicht... Niet de moeite om een discussie aan te gaan op zo'n moment. 'Check your facts,' is het beste wat je eventueel nog kan doen. Wetende dat ze dit allicht niet zullen doen, vind ik zelfs dat de moeite niet. Als je je gelijk bewijst, wordt het tegenargument bijna zeker: 'ik vind dat zoiets verboden moet worden'.
Het is gewoon verloren energie om er tegenin te gaan. Even op de pedalen duwen en er snel voorbij gaan, is de beste oplossing op zo'n moment.

vrijdag 10 februari 2017

Eneloop cellen: lange duurtest

In de E-Orca en op de Seiran 24 gebruik ik heel vaak een Garmin Oregon 450. Die is niet meer van de jongste, maar hij doet wat hij moet.
Een Oregon werkt op AA batterijen. Makkelijk te wisselen als ze leeg zijn. Bij de recentere Oregons kun je de batterijen opladen terwijl ze in het toestel zitten; met de 450-generatie lukt dat niet.

Als energiebron gebruik ik meestal een setje Sanyo Eneloop batterijen, soms aangevuld met een Xiami 16000 mAh powerbank.




Eneloops hebben enkele belangrijke eigenschappen:
  • lage zelfontlading (LSD of low selfdischarge), waardoor ze lang hun spanning behouden als je ze laat liggen. Conventionele NiMh cellen verliezen veel sneller hun lading.
  • lange levensduur: veel goedkopere oplaadbare NiMh cellen zijn binnen het jaar stuk of de capaciteit is zo verminderd dat ze niet meer bruikbaar zijn.
In december 2010 kocht ik via nkon (webshop) een setje van 8 Eneloops. Om ze in goede conditie te houden, werd toen ook een Maha Powerex MH-C9000 lader besteld. Dit is een gesofisticeerde batterijlader met functies voor het onderhoud van gebruikte accu's.

Maha lader, hier met accu's die voorbereid worden voor gebruik in draadloze (telefoon-)handsets
Onlangs, ruim zeven jaar na de aankoop, liet ik de lader de Eneloops analyseren. Het resultaat: na zoveel jaren bedraagt de capaciteit van elk van de 8 accu's ongeveer 1640 mAh, waar dat bij aankoop 2000 mAh was. Dat sluit mooi aan bij de gegevens van een test. Ze zijn dus zeker nog bruikbaar, maar de autonomie van de Oregon is verminderd, aangezien de resterende capaciteit van de accu's gedaald is.

Ergens in die periode, bij de aanschaf van de Alleweder A2, kwamen ook LSD-batterijtjes van Aldi in huis. Ze zijn veel goedkoper, maar zouden over dezelfde eigenschappen beschikken. Die kwamen in een batterypack terecht voor de verlichting. Een belangrijk verschil: dit was een gesloten pakket dat met een bij de aankoop van de A2 meegeleverde lader van energie voorzien werd. Of het nu aan de kwaliteit van die accu's ligt, aan de veel minder gesofisticeerde lader of aan een combinatie van beide factoren, die accu's zijn al lang naar de recyclage gegaan. Een aantal ervan vertoonde lekken in de behuizing en de onderlinge capaciteitsverschillen liepen heel erg op.

De Eneloops worden nog altijd zo goed als dagelijks gebruikt, terwijl de Aldi-varianten al jaren geleden afgedankt moesten worden. Goedkoop is duurkoop is nog maar eens waar gebleken.

donderdag 2 februari 2017

Er bestaat geen slecht weer

... enkel slechte fietskledij. Zegt een oud Vlaemsch spreekwoord, of is het een Nederlands of een Kopenhaags?

Tijd om het te actualiseren: 'er bestaat geen slecht weer, enkel de foute fiets'. Zo, dat klinkt beter.

De laatste dagen kon de E-Orca weer zijn kameleon-eigenschappen tonen. Goed een week geleden was het koud - rond het vriespunt - en af en toe flink mistig. Met het Flevobike dakje, de knipperende lichtmast, de nieuwe BuM Cyo Premium en de schuimkap kon ik het kille weer trotseren en ik had het zeker niet koud!
Toen ik die week op het werk aankwam, lag op een dag het droogrek in een kleedruimte vol spullen, tot op het ondergoed, van een collega-fietser. 'Ja, het heeft echt veel geregend. Niet te doen.' Ik dacht: 'hoezo? Niets van gemerkt'.


Over naar deze week. Gisteravond reed ik door druilerig weer huiswaarts. Water naast me en water boven me. Knus in de Orca.


Vandaag was het dan weer heel er zacht. Het lijkt wel maart. 


Zonder Flevobike dakje, met het minivizier in plaats van de schuimkap en onder een stralend lentezonnetje ging het, met de wind in de rug, aan een flink tempo huiswaarts.

Fietstoerist of racefietser in het vizier, langzaam inlopen en dan op naar de volgende. Tempo rond 40 km/u op het jaagpad en uiteraard heel wat lager in de stadsrand. Veel te warm. Loopjasje uit na enkele kilometers en gelukkig had ik een lichte broek aan. De zware winterschoenen (Shimano SH-MW81) staan alweer opgeborgen. Handschoenen en muts? Die had ik wel bij, maar niet nodig. Ook niet vanmorgen, want toen was het ook al zo'n 5° C.

Als het zo doorgaat, rij ik binnenkort weer enkele keren met de Seiran naar het werk. Naar een ander spreekwoord: 'verandering van spijs doet eten'. Of hoe een andere fiets soms motiverend werkt.