maandag 23 mei 2022

Voorlopig definitief: accuverlichting op de Paseo

Sinds eind vorig jaar is de verzameling fietsen uitgebreid met een Nazca Paseo. Die kon ik echt niet laten staan: ziet er zo goed als nieuw uit en ik betaalde er € 150 voor...

Tijdens een recente woonwerkrit

Vanaf het begin merkte ik dat ermee gevallen was: het stuur was vervormd aan de rechterkant (pakweg 1 cm naar binnen geplooid) en de kabels aan die kant vertoonden wat schaafsporen. De bar end shifter werd eraf gehaald, ik stak een stalen stang in het stuur, zette een steun onder het balhoofd en mits wat kracht uit te oefenen kreeg het stuur zijn originele vorm terug. Dat was één.

'Iets' achteraan piept nog bij het rijden. Ik ben er nog niet uit of het aan de derailleur(-wieltjes) of aan een lager ligt. Dat moet nog onderzocht worden.

Het meest acute probleem echter was de ondermaatse verlichting, vooral vooraan. Die was echt rudimentair: een Cateye OptiCube lampje op batterijen. Net voldoende om gezien te worden, meer niet. Aangezien ik geen idee had van hoe vaak de fiets gebruikt zou worden, of die zou meevallen, wilde ik een snelle, redelijk goede oplossing.

Een wiel maken met een naafdynamo valt niet onder 'snel'. Daar bovenop kwam er dan weer wat onderzoek bij kijken: welke naafdynamo is geschikt voor een wielmaat 406, wil ik die naaf geschikt voor een eventuele schijfrem?

De keuze viel tenslotte op een economische ledlamp (zijn er nog andere?) met een oplaadbare batterij. Chinees dus. Daarbij was ik me ervan bewust dat de beloofde lichtopbrengst in de realiteit anders zou zijn en vooral dat het lichtpatroon niet echt naar mijn wens zou zijn. Ik hou namelijk van verlichting die voldoet aan de Duitse norm. Die lampen schijnen waar het hoort: op de weg, niet in de lucht, en met meer licht verderaf dan dichtbij. Denk daarbij aan merken als Busch und Müller, Schmidt (Edelux), Supernova ...


De oude lamp links; de nieuwe rechts

Goed: een Chinees dus, vanwege de beduidend lagere prijs en te verwachten weinig gebruik. Met afstandsbediening vanaf het stuur, oplaadbaar via usb en met verlichting dichtbij en ver. Tot 1200 lumen en een behoorlijke autonomie (tot 12u). Kostprijs: € 35. Daar kwam dan nog een usbc verlengsnoertje bij: de standaardkabel is niet voorzien voor een ligfiets. Het ding is netjes gemaakt: aluminium behuizing, mooi afgewerkt, twee leds voor dichtbij en een andere voor veraf.


Wat opvalt, is dat de kleurtemperatuur van de 'dichtbij-leds' en de 'veraf-led' verschilt. Het stoort me niet, maar het is duidelijk zichtbaar: de buitenste leds zijn veel warmer wit dan de binnenste.

In de praktijk moet ik de lamp flink naar beneden richten, maar zelfs met de minimale verlichting (125 lumen) volstaat het ruimschoots voor mijn doel. De bediening vanaf het stuur is ook handig: een koplamp zit op een ligfiets behoorlijk veraf.


En ook met de autonomie zit het snor.

Aangezien dit een mooi-weer-fiets is (anders neem ik de Orca wel), lijkt het erop dat die goedkope lamp een blijvertje zal zijn.

donderdag 12 mei 2022

Voortschrijdend inzicht

Mijn zoon is - uiteraard - van een andere generatie. In zijn leeftijdsgroep - twintigers - is het erg cool om alles met een racefiets te doen. Die moet dan liefst vintage zijn. Beenhard, geen bagagecapaciteit en bij de minste regen sproeien je banden je vol water en het vuil van de weg.

Maar het staat cool, het is trendy, dus de jeugd wil niets anders. Je moet zelfs niet proberen om ze om te praten. Dat doe ik dus niet, behalve misschien in het begin.

vintage Bianchi racefiets
 

De fiets is intussen al gestolen en teruggevonden geweest, het zadel en de zadelpen zijn vervangen, de remmen waren vervangen (door Shimano DuraAce), de bandjes vernieuwd...

Maar recent begon hij te ondervinden waar ik hem voor gewaarschuwd had: een racefiets is niet bedoeld om dag in dag uit over de kasseien in een stad te hossen, om door weer en wind te rijden en buiten te overnachten. Tuurlijk: de wedstrijdrijders doen dat ook, maar als na een race de fiets niet meer tiptop is, neemt hun mecanicien die onder handen of krijgen ze via hun sponsor simpelweg een andere. Voor de gewone mens is het telkens langs de kassa passeren of veel tijd steken in het onderhoud, los van het onbestaande comfort.

Stukken begonnen slijtagetekenen te vertonen: stuurgedrag dat maar zozo was, remmen die het niet meer deden... Uiteindelijk begaf het freewheel het. Bianchi, alles basic Campagnolo, allemaal andere sleutelmaten, dus papa kon niet helpen.

Waar papa wel mee kon helpen: de (intussen ook bijna vintage) Trek toerfiets had net een complete revisie gehad, met een volledig vernieuwde aandrijflijn, nieuwe remblokken, afgestelde naven... 

De fiets voor de revisie.

 

Revisie bijna klaar: nieuwe ketting, cassette, cranks, zadel, derailleurwieltjes, derailleurkabel achter...

Na de aanpassingen op bovenstaande foto kwam er nog een andere koplamp op (zonde: het glas van de Philips SafeRide was verdwenen en de elektronica was gesneuveld door vocht) en de banden werden vervangen door Continental Contact Speed 37-622.

Vorige week kreeg ik het dan te horen: 'fijn dat je me op die manier om gekregen hebt, zonder aandringen. Ik snap meer en meer de voordelen van zo'n fiets. Enne: mag ik hem houden?'

Wat doe je als vader? De revisie kostte zowat € 300, waarbij de grootste kosten het zadel, de banden en de crankset waren, maar de fiets wordt nu als dagelijks vervoermiddel gebruikt en daar is hij voor bedoeld. Dus: 'ja, hoor, hou hem maar.'

De stap naar een ligfiets is wat te groot, schat ik. En eerlijk: in een stadscentrum heeft een ligfiets, wat mij betreft, geen enkel voordeel. Daar is een degelijke, comfortabele bukker nog altijd het beste.

De essentie is dat mijn kinderen de liefde voor het fietsen meegekregen en meegenomen hebben: als het even kan, geven ze allebei de voorkeur aan de fiets. De auto is voor als het moet.

dinsdag 10 mei 2022

Big bang - geen theorie

 

Zoonlief stond op het punt te vertrekken bij mij toen zijn voorwiel met een luide knal uiteenspatte...

Ik zie twee redenen:

  • een versleten velg (V-brakes en een fiets die al wat kilometers en jaren telt)
  • een manometer op de voetpomp die niet betrouwbaar meer is: te hoge druk

In elk geval: het was een enorme knal en onze oren tuitten ervan.

Een nieuw wiel was aan de orde en daarvoor had ik drie opties voor ogen:

  • een nieuw wiel
  • een tweedehands wiel
  • een andere velg zoeken en een nieuw wiel maken

De fiets wordt flink gebruikt: zoonlief woont in het centrum van Gent en daar ben je veel sneller dan met de auto. Die heeft hij trouwens niet, dus is de fiets gewoon noodzakelijk. Een nieuw wiel is niet evident, want het is er eentje met een naafdynamo (en die had ik pas helemaal afgesteld). Als je dat online bestelt, mag je op één a twee weken leveringstermijn rekenen.

Een tweedehandswiel met naafdynamo vertrouw ik niet helemaal: je weet niet hoeveel kilometers het al afgelegd heeft en dan is het afwachten in welke staat de lagers zijn. Dus dook ik in mijn voorraad; daar vond ik een oud achterwiel met quasi dezelfde velg als de originele op de Trek.

Het donorwiel (naaf stuk, maar velg ok)

Na een aantal jaren maakte ik nog maar eens een wiel. Deze keer was het makkelijk: het oude wiel uit elkaar halen, de velg op het 'ontplofte' wiel leggen en daar de spaken één voor een losmaken en in de corresponderende spaakgaten in de velg vastzetten.

Daarna was het nog een zaak van aanspannen en richten.

Leuk werkje, zeker als het zacht weer is

Het ging erg vlot: na ongeveer twee uurtjes werk zat het nieuwe wiel in de fiets. Kostprijs: één binnenband.