Maar goed: leren fietsen doe je op een kinderfiets en naargelang je groeit, heb je een groter vehikel nodig. Van het bestaan van ligfietsen wist ik nog niets af. Dat kwam pas later, veel later.
Een jaar of vijftien geleden schafte ik me een eerste exemplaar aan: een "Indian". West-Vlaamse huisvlijt, met een niet goed uitgelijnd frame en ineengeflanst met standaardonderdelen. Het was een ligfiets, maar goed reed die niet. De rest van het verhaal maakt deel uit van de blog: de Gforce, dan eFAW (eerst FAW) en dan de Valenteyn, voor erbij. Natuurlijk is het nooit genoeg. eFAW is comfortabel, voldoende ruim en aanvaardbaar snel, maar het moet beter kunnen !
Een fiets is ook een economisch gegeven: je koopt hem aan, vervangt versleten onderdelen, doet aan onderhoud. Dat kost centen. eFAW is gekocht met het oog op woonwerkverkeer en daarvoor ontvang ik een vergoeding: € 0,20 per kilometer. Grosso modo € 140 per maand. Onbelast. Daarnaast betekent ook elke kilometer die met de fiets afgelegd wordt en niet met de auto een extra besparing. Die besparing is moeilijk te becijferen. Brandstof die je niet verbrandt, dat is makkelijk. De vaste kosten daarentegen veranderen absoluut niet (verzekering en belastingen), maar daar tussenin zitten zaken zoals slijtage en onderhoud. Laat ons het simpel houden en stellen dat elke niet verreden kilometer me € 0,10 opbrengt. Dat maakt dat woonwerkkilometers me € 0,30 opbrengen. Daarvan heb ik er nu zo'n 11.000 verreden, wat me dus theoretisch € 3300 opgeleverd heeft. Een beetje minder, want niet elke afgelegde kilometer is woonwerk, maar een heel ruim deel wel.
eFAW is dus dik terugverdiend als je het zo rekent. Hoe langer ik ermee rij, hoe meer eFAW me opbrengt: ik zit nu zowat aan break-even, dus elke extra kilometer betekent (financiële) winst.
Maar zo simpel ligt het ook weer niet: elke fiets vraagt ook onderhoud, wisselstukken en dan komt er af en toe nog een leuke gadget bij.
Waar wil ik nu naartoe ? Naar dit: hoe kan ik me ten opzichte van eFAW verbeteren ? Een snellere VM kan geen probleem zijn: Quest, WAW, Milan, ... keuze genoeg. Maar snelheid is niet alles en ook zeer relatief: stoppen en weer aanzetten heeft een zeer sterke invloed op de gemiddelde snelheid en de tijd die ik doe over mijn woonwerkverplaatsing. Daarnaast komen ook eisen als bagagecapaciteit, comfort (houding, ophanging, geluid), betrouwbaarheid, ... en als het nog even kan aan een haalbare prijs.
Dat betekent een aantal zaken:
- de rekening opmaken en een financieel plan opstellen
- testen, testen, testen
- beslissen wat de deur uitgaat: FAW (zonder e-aandrijving) of eFAW (met). Dat hangt ook weer af van wat er in de plaats komt: de Cyclonemotor kan niet zomaar in elke VM.
En dan komt Wim Schermer met zijn VeloTilt op de proppen en gaf Miles Kingsbury de aanzet tot de ontwikkeling van vierwielige VM's...
Enerzijds hebben we dus een aantal flink doorontwikkelde producten (Velomobiel.nl en Fietser.be timmeren al lang aan de weg), daarnaast een financieel aantrekkelijk alternatief bij Alligt (de A8 lijkt me nog altijd wat, zeker met de uitdaging van de zelfbouw) en dan de beloften die om de hoek loeren. Er zijn ook nog zaken zoals de nobele onbekende Velayo of de minder populaire, maar heel degelijke Orca.
Het recente ongeval met een Milan in Duitsland maakt duidelijk dat ook de constructie op het vlak van veiligheid niet uit het oog verloren mag worden. Op dat vlak is het niet bij elke VM even duidelijk in hoever hier rekening mee gehouden is. Veiligheid is tot op heden geen verkoopsargument binnen dat marktsegment.
De vraag is altijd: zijn we gewoon bezig met het doorontwikkelen van wat er is of staan we op een kantelmoment, waarna er nieuwe ontwikkelingen ontstaan? En zullen die nieuwe ontwikkelingen een voordeel betekenen voor mij ?
Vervelend in de lage landen is dat je om te testen bij elke producent moet langsgaan en dat betekent vele kilometers afleggen en dus veel tijd investeren. Onze zuiderburen zijn, als je in het juiste departement woont, goed af, met een dealer in Le Mans die de voornaamste modellen van diverse fabrikanten in voorraad heeft. Dat is natuurlijk een ideale situatie en erg uitzonderlijk.
Uiteindelijk moet je een eisenpakket opmaken en nagaan welke velomobielen aan de minimumvereisten voldoen. Dat is een eerste selectie.
Wat kan daarin zitten:
- afgeschermde aandrijving (zwak punt bij Alligt), zowel om je kleren (broek) net te houden als voor de ketting
- zo laag mogelijke luchtweerstand
- efficiënte aandrijving (minimale verliezen)
- goede zichtbaarheid (zowel zien als gezien worden)
- goede draaicirkel (ik neem bochten die met de Quest niet haalbaar zijn)
- bagagecapaciteit
- minimaal onderhoud (belangrijk bij woonwerkverkeer)
- geluidsniveau van aandrijving en ophanging (niet zo denderend bij een A2)
- kwetsbaarheid (moeilijk punt)
- gewicht
- comfort, wegligging en filteren van oneffenheden (dit is Nederland niet)
- uiteindelijk mee doorslaggevend: de aankoopprijs
- bereikbaarheid van de fabrikant (dat lijkt me bijvoorbeeld bij de Velayo niet zo evident)
- bodemvrijheid
een mango kan je ook standaard uitrusten met electro ondersteuning
BeantwoordenVerwijderenHeb je geen of minimaal onderhoud aan en heeft ruime bagagecapaciteit.
Mango (en halfbroertje Strada) staan ook op het lijstje.
Verwijderen